MS Word 2016 - Les 2

De vorige les:
Heb je geleerd hoe je met Sjablonen kunt werken en hoe je je document kunt opslaan en eventueel mailen naar mij.

Mailen hoeft niet meer, opdrachten worden vanaf nu ingeleverd via Magister (elo, Opdrachten)
1 / 19
next
Slide 1: Slide
Media, Vormgeving en ICTMiddelbare schoolmavo, havo, vwoLeerjaar 1,3

This lesson contains 19 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 120 min

Items in this lesson

De vorige les:
Heb je geleerd hoe je met Sjablonen kunt werken en hoe je je document kunt opslaan en eventueel mailen naar mij.

Mailen hoeft niet meer, opdrachten worden vanaf nu ingeleverd via Magister (elo, Opdrachten)

Slide 1 - Slide

Lesdoel
Aan het eind van deze les kan je tekst opmaken met behulp van functies in het lint en door middel van het gebruik van sneltoetsen.
je weet wat een koptekst is en kan je alinea's in MS Word 2016 op verschillende manieren opmaken.
Je kent verschillende soorten lijsten en kan je twee verschillende soorten lijsten maken met MS Word 2016.
 

Slide 2 - Slide

MS Word 2016 - Les 2
Basisopmaak tekst en sneltoetsen

Slide 3 - Slide

Groep Lettertype in het lint van het tabblad start
Met deze functie kan je een ander lettertype selecteren,
Met deze functie kan je de grootte van het lettertype wijzigen.
Met deze functies kan je de grootte van het lettertype met één stapje vergrote of verkleinen.
Met deze functie kan je een stuk tekst in éénn keer in HOOFDLETTERS of juist in één keer in kleine letters zetten.
Met deze functie kan je eerder gemaakte opmaak direct verwijderen, waardoor de tekst weer helemaal "kaal" is
Met deze functie maak je de tekst dikgedrukt.
Met deze functie maak je de tekst schiuigedrukt.
Met deze functie kan je een stuk tekst onderstrepen.
Met deze functie kan je een stuk tekst doorstrepen.
Met deze functies kan je een stuk tekst als super- of subscript neerzietten. Dit gebruik je vooral bij wiskundige formules.
Met deze functie kan je de tekst 3D maken.
Met deze functie kan je een stuk tekst markeren. Het lijkt dan net of je de tekst met een markeerstift een kleur hebt gegeven.
Met deze functie kan je de kleur van een stuk tekst wijzigen.

Slide 4 - Slide

Sneltoetsen
Met sneltoetsen kan je snel veel gebruikte functies met behulp van het toetsenbord toepassen.

Slide 5 - Slide

Veelgebruikte sneltoetsen
  • ctrl + n     =     open een nieuw, leeg document
  • ctrl + s     =     opslaan van een document
  • ctrl + z     =     laatste wijziging in het document ongedaan maken
  • ctrl + c     =     kopieren van een stuk tekst
  • ctrl + v     =     plakken van een eerder gekopieerd stuk tekst
  • ctrl + b     =     tekst dikgedrukt maken
  • ctrl + i      =     tekst schuingedrukt maken
  • ctrl + u     =     tekst onderstrepen
  • ctrl + p     =     document naar een printer sturen

Slide 6 - Slide

Kopteksten
Met kopteksten geef je aan wat een titel van een hoofdstuk of paragraaf is.
Kopteksten kan je vinden in het lint onder het tabblad start in de groep stijlen.

Slide 7 - Slide

Titel maken op de verkeerde manier
Wat is er verkeerd gedaan?
De titel is opgemaakt door de lettergrootte (1) en de opmaak (2) aan te passen. De tekstopmaak is echter gewoon standaard (3)
1
2
3

Slide 8 - Slide

Titel maken op de juiste manier
Waarom is dit de juiste manier?
Er is in het lint in de groep stijlen (1) gekozen voor een koptekst (2).
1
2

Slide 9 - Slide

Koptekst opmaken
De opmaak van een koptekst kan je aanpassen. Je zit dus niet vast aan de opmaak die Word standaard heeft.
Koptekst opmaak wijzigen
Klik met de rechter muisknop op de koptekst waarvan je de opmaak wilt wijzigen. Er verschijnt dan een menu. Klik in het menu op wijzigen. Er zal dan een nieuw venster openen waar de opmaak van de koptekst aangepast wordt (zie rechter afbeelding). Als je de opmaak van een koptekst wijzigt dan wijzig je dit voor al deze kopteksten in je document.

Slide 10 - Slide

Plaats van tekst in een alinea
Je kan zelf bepalen waar tekst in een alinea moet komen te staan. Dit heet tekst uitlijnen.
De functies hiervoor staan in het lint onder het tabblad start in de groep alinea.

Slide 11 - Slide

Plaats van tekst in een alinea

Slide 12 - Slide

Lijsten, wat zijn dat?
Lijsten zijn opsommingen van woorden of zinnen die netjes onder elkaar staan.
  1. Dit
  2. is
  3. bijvoorbeeld
  4. een
  5. lijst

Slide 13 - Slide

Het lint van de lijsten
Ongesorteerde lijst
Gesorteerde lijst
Overige mogelijkheden met lijsten

Slide 14 - Slide

Twee soorten lijsten
Normale lijst
Genummerde lijst

Slide 15 - Slide

Opsommingsteken aanpassen
Klik op het pijlje naast de normale opsommingslijst. Daarna heb je de mogelijkheid om andere icoontjes te kiezen.

Slide 16 - Slide

OPDRACHT 1 WORD 2016
   Open een nieuw, leeg document.
•    Zoek voor de voorkant een sjabloon die iets met reizen te maken heeft. Zet er een plaatje bij
•    Maak een titel (koptekst) met de volgende tekst: Opdracht 1 Word ITTL  en de volgende opmaak:
Lettertype: Times New Roman. Lettergrootte: 20. Dikgedrukt: Ja. Tekstkleur: Groen
•    Onder de titel maak je drie alinea’s tekst over je afgelopen survivalweek (of je week op school als het niet helemaal goed gegaan is…).
•    Elke alinea moet minstens 200 woorden bevatten.
•    Bij de eerste alinea moet de tekst links zijn uitgelijnd, bij de twee alinea moet de tekst in het midden zijn uitgelijnd en bij de derde alina moet de tekst rechts zijn uitgelijnd.
Maak er ook een lijst in met voorlooppuntjes of met nummers
•    Kopieer en plak je laatste alinea met de sneltoets en zet alles van de laatste alinea in HOOFDLETTERS
•    Doe er een foto bij en plaats die linksonder aan je document.
•    Sla je document op in je onedrive en lever het document in via Magister als je klaar bent.  (kies Elo, en opdrachten)
•    Inleveren kan tot donderdag 27 sept.  17:00! Telt mee als eerste ITTL cijfer

Slide 17 - Slide

CHECKLIST vóórdat je inlevert:
  • Voorkant met Sjabloon en evt. plaatje
  • Koptekst
  • 3 alineas tekst met minimaal 200 woorden per alinea
  • Uitlijning
  • Lijst (opsomming)
  • Gekopieerde 3e alinea met HOOFDLETTERS
  • Foto
  • Totaal dus minimaal 800 woorden (3 x 200 + gekopieerde alinea)

Slide 18 - Slide

als je de opdracht wil zien.
Open lessonup.io op de computer

Slide 19 - Slide