H5 KADER oefenen
1 / 30
Lesson duration is: 10 minItems in this lesson
Slide 1 - Slide
Geef het antwoord
92=...
A
3
B
11
C
18
D
81
Slide 2 - Quiz
Geef het antwoord
√16=...
A
3
B
4
C
32
D
256
Slide 3 - Quiz
Geef het antwoord
√121=...
A
11
B
10
C
12
D
242
Slide 4 - Quiz
Rond 34,2857 af op 2 decimalen.
Slide 5 - Open question
2,4² =
Slide 6 - Open question
√49=
Slide 7 - Open question
Rond af op twee decimalen.
Slide 8 - Open question
Machten...
24=
A
2 x 4 = 8
B
2 + 2 + 2 + 2 = 8
C
2 x 2 x 2 x 2 = 4
D
2 x 2 x 2 x 2 = 16
Slide 9 - Quiz
Hoe noem je de 6?
56=
A
grondtal
B
exponent
C
macht
D
kwadraat
Slide 10 - Quiz
Hoe noem je de 5?
56=
A
grondtal
B
exponent
C
macht
D
kwadraat
Slide 11 - Quiz
Wat is een diagonaal?
A
B
C
D
Slide 12 - Quiz
Bereken. Rond zo nodig af op 2 decimalen:
164:23+253:54=
A
625
B
4590
C
8217
D
9876
Slide 13 - Quiz
Bereken.
Schrijf de tussenstappen in je schrift.
Schrijf de tussenstappen in je schrift.
5×(4−3)3=
A
5
B
45
C
8
D
11
Slide 14 - Quiz
(17+3)2
Slide 15 - Open question
: 40 - 8 =
(17+3)2
Slide 16 - Open question
Rond af op 2 decimalen:
√0,5+√0,5×3=
Slide 17 - Open question
Wat voor soort driehoek is dit?
A
Rechthoekige driehoek
B
Gelijkbenige driehoek
C
Gelijkzijdige driehoek
D
Geen van de drie
Slide 18 - Quiz
Wat zijn de rechthoekszijden in deze driehoek?
A
A B C
B
AB en BC
C
AB en AC
D
A-B en A-C
Slide 19 - Quiz
Als de 2 rechthoekszijden bekend zijn, hoe heet dan de overgebleven zijde?
Slide 20 - Open question
Welke zijde is de
schuine zijde?
A
DE
B
EF
C
DF
D
DEF
Slide 21 - Quiz
Wat is de rechte hoek in deze driehoek?
A
Hoek A
B
Hoek C
C
Hoek B
D
Geen van allen
Slide 22 - Quiz
Bereken zijde PR.
Schrijf het schema in je schrift.
A
PR = 25
B
PR = 144
C
PR = 13
D
PR = 14
Slide 23 - Quiz
Bereken zijde DF.
Schrijf het schema in je schrift.
A
DF = 100
B
DF = 6
C
DF = 36
D
DF = 8
Slide 24 - Quiz
Bereken zijde RT.
Rond af op één decimaal.
Schrijf het schema in je schrift.
A
RT = 16 cm
B
RT = 25 cm
C
RT = 9 cm
D
RT = 3 cm
Slide 25 - Quiz
Bereken de hoogte van de vlieger.
Schrijf het schema in je schrift.
A
6 m
B
18 m
C
324 m
D
38 m
Slide 26 - Quiz
Bereken de afstand tussen A (-2 , 1) en B (3 , -2).
Rond af op twee decimalen.
Teken het assenstelsel en het schema in je schrift.
Rond af op twee decimalen.
Teken het assenstelsel en het schema in je schrift.
Slide 27 - Open question
Bereken of deze driehoek rechthoekig is?
Schrijf het schema in je schrift.
Schrijf het schema in je schrift.
A
Ja
B
Nee
Slide 28 - Quiz
Bereken de lengte van diagonaal AH. Rond af op één decimaal.
Teken de schets en het schema in je schrift.
A
41 cm
B
5 cm
C
6,4 cm
D
25 cm
Slide 29 - Quiz
1.
2.
3.
()
x :
+ -
