What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
Trede 22 - klas 3
Trede 22 - klas 3
1 / 29
next
Slide 1:
Slide
This lesson contains
29 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Trede 22 - klas 3
Slide 1 - Slide
QUEL SERA TON FUTUR MÉTIER?
Slide 2 - Slide
QUEL SERA TON FUTUR MÉTIER?
peut-être je serai un vétérinaire, un avocat, un entraîneur, un cuisinier, un astronaute, un.....
Slide 3 - Slide
Wat is de vertaling van het volgende woord?: "tout à l'heure"
A
nu
B
straks
C
over een uur
D
het hele uur
Slide 4 - Quiz
Donne la traduction:
vous allez tout droit
A
u gaat linksaf
B
u gaat rechtsaf
C
u gaat rechtdoor
D
u moet omkeren
Slide 5 - Quiz
Hoe vertaal je "tout le monde"?
A
iedereen
B
de hele wereld
Slide 6 - Quiz
Donne la traduction:
tout le temps
A
soms
B
de hele tijd
C
regelmatig
D
nooit
Slide 7 - Quiz
Donne la traduction:
En tout cas
A
In ieder geval
B
In de hele wereld
Slide 8 - Quiz
Tout le monde a un chat
A
Niemand heeft een hond
B
Veel mensen hebben een kat
C
Iedereen heeft een hond
D
Iedereen heeft een kat
Slide 9 - Quiz
"Il repare tout"
Quentin geeft ... geld uit
A
nooit
B
veel
C
weinig
D
graag
Slide 10 - Quiz
Het onbepaald voornaamwoord TOUT kan ook zelfstandig gebruikt worden?
A
vrai
B
faux
Slide 11 - Quiz
Vul het juiste onbepaald voornaamwoord TOUT toe:
......mes copains
A
tout
B
toute
C
tous
D
toutes
Slide 12 - Quiz
Vul het juiste onbepaald voornaamwoord TOUT toe:
Elle voit......
A
tout
B
toute
C
tous
D
toutes
Slide 13 - Quiz
Vul het juiste onbepaald voornaamwoord TOUT toe:
Ils sont......là.
A
tout
B
toute
C
tous
D
toutes
Slide 14 - Quiz
Vul het juiste onbepaald voornaamwoord TOUT toe:
......la Hollande
A
tout
B
toute
C
tous
D
toutes
Slide 15 - Quiz
Het tegenovergestelde van tout le monde is..
A
personne
B
souvent
C
beaucoup
D
jamais
Slide 16 - Quiz
Je mange toute la pizza.
A
vrai
B
faux
Slide 17 - Quiz
Wat betekent
"Demain tout commence"?
A
Vandaag eindigt alles
B
Morgen begint alles
C
Gisteren begon alles
Slide 18 - Quiz
ne ... pas du tout =
A
nog niet
B
niets
C
helemaal niet
D
niet meer
Slide 19 - Quiz
"Tout le monde mange"
Wat betekent "tout le monde" ?
A
de hele wereld
B
iedereen
C
sommige mensen
D
niemand
Slide 20 - Quiz
tout
A
alsof
B
alles
C
alleen
Slide 21 - Quiz
Wat is de betekenis van het woord tussen haakjes?
C'est (tout à fait) possible.
A
helemaal
B
absoluut niet
Slide 22 - Quiz
Parle-moi de ton weekend!
Schrijf in drie regels (circa 30 woorden) op wat je dit komende weekend gaat doen, gebruik de futur proche.
Schrijf dit op in je aantekenschrift en neem mee naar de volgende les!
Slide 23 - Slide
Maak de vergrotende trap.
Cette fille est ___ (kleiner). petit
Slide 24 - Open question
Maak de vergrotende trap.
Cette fille est ___ (kleiner). petit
Slide 25 - Open question
Maak de vergrotende trap.
Ce jean est ___ (moderner). modern
Slide 26 - Open question
Maak de vergrotende trap.
Cette maison est ___ (minder wit). blanc
Slide 27 - Open question
Maak de vergrotende trap.
Le chocolat est ___ (beter dan) le gâteau. meilleur
Slide 28 - Open question
Maak de vergrotende trap.
L'espagnol est ___ (moeilijker dan) le français. difficile
Slide 29 - Open question
More lessons like this
Havo 3 LS U5 voca en gramma
May 2024
- Lesson with
21 slides
Frans
Middelbare school
vwo
Leerjaar 3
Le 8 avril
April 2022
- Lesson with
19 slides
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
20240417 quiz AF
April 2024
- Lesson with
24 slides
Frans
Beroepsopleiding
Herhaling grammatica chapitre 4 persoonlijk voornaamwoord als LV MV
March 2021
- Lesson with
30 slides
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
TH2_unité 3 à plus_tout
March 2021
- Lesson with
16 slides
Frans
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2
onbepaald voornaamwoord tout
May 2022
- Lesson with
17 slides
Frans
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 2
22 februari
February 2024
- Lesson with
27 slides
Frans
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
H3P | Online les | mercredi 6 janvier 2021
January 2021
- Lesson with
11 slides
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 3