Voltooid deelwoord

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 1

Het voltooid deelwoord

Komt altijd extra in de zin bij werkwoorden hebben, worden en zijn.

- Wij hebben gisteren drie kilometer gefietst.

- De boeven worden door de politie ondervraagd.

- Gisteren waren de boeven gearresteerd.

Voltooid deelwoord

begint vaak met -ge, be, ver of ont

en eindigt vaak met

-d, -t of -en

geklopt

begraven

verjaard

-t of -d op het einde

Hoe weet je of een voltooid deelwoord op een -d of -t  eindigt?

1. maak het werkwoord langer

 - maak

- maakte

- gemaakt

-t of -d op het einde

2. Gebruik T eX KoFSCHiP

Pak de stam van het hele werkwoord 

maken = het hele werkwoord

mak = stam

Zit de laatste letter van de stam in T eX KoFSCHiP, dan schrijf je een T  >>>> gemaakt

Hij heeft die jongen weer (stompen)

1. gestompd
2. gestompt

Ik ben erg (verbazen)

1. verbaasd
2. verbaast

Op het kamp was veel regen (voorspellen)

1. voorspeld
2. voorspelt
3. voorspellen

Is dit voor mij (bestemmen)

1. bestemmen
2. bestemd
3. bestemt

De boekhandel heeft de prijzen (verhogen)

1. verhoogt
2. verhogen
3. verhoogd

Ik heb me vanmorgen (verslapen)

1. verslaapt
2. verslaapd
3. verslapen

Hajar en Ilham hebben veel avonturen (beleven)

1. beleefd
2. beleeft
3. beleven

Nadine was bijna door de afdelingsleider (schorsen)

1. geschorsd
2. geschorst
3. geschrosdt

Heb je je billen wel (afvegen)

1. afgeveegd
2. afgeveegdt
3. afgeveegt

Heb je die spiegel (breken)

1. gebreekt
2. gebreekdt
3. gebroken

Mevrouw Kuijpers heeft de online les (geven)

1. gegeeft
2. gegeven
3. gegeefd