Wat hadden we de vorige keer besproken? Bespreken H8.1 en 8.2 Zelfstandig werken
1 / 25
next
Slide 1: Slide
ScheikundeMiddelbare schoolvmbo t, mavoLeerjaar 4
This lesson contains 25 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 50 min
Items in this lesson
WELKOM
Wat hadden we de vorige keer besproken? Bespreken H8.1 en 8.2 Zelfstandig werken
Slide 1 - Slide
Een....... bestaat uit een niet-metaal + niet-metaal
A
Zout
B
Moleculaire stof
C
Metaal
Slide 2 - Quiz
Welke eigenschap hebben zouten en metalen met elkaar gemeen?
Slide 3 - Open question
Hoofdstuk 8. Metalen
§8.1 De indeling van metalen
Slide 4 - Slide
Welke metalen ken je?
Slide 5 - Mind map
Doelen
Aan het einde van de les kan ik:
zes eigenschappen van metalen benoemen
het verschil tussen edele en onedele metalen benoemen
drie edele en onedele metalen benoemen
toepassingen van legeringen benoemen
Hoofdstuk 8. Metalen
§8.1 De indeling van metalen
Slide 6 - Slide
Wat is een metaal?
Een metaal is een stof die opgebouwd is uit metaalatomen
Het periodiek systeem kunnen we simpelweg onderverdelen in 2 categorieën:
Metalen
Niet-metalen.
Hoofdstuk 8. Metalen
§8.1 De indeling van metalen
Slide 7 - Slide
Eigenschappen van metalen
Alle metalen:
glimmen als ze gepolijst zijn
zijn gemakkelijk te vervormen
geleiden warmte goed
geleiden elektriciteit goed
zijn vast bij kamertemperatuur (behalve Hg)
zijn herwinbaar
Hoofdstuk 8. Metalen
§8.1 De indeling van metalen
Slide 8 - Slide
De edelheid van metalen
De metalen kunnen we vervolgens weer onderverdelen in
3 soorten metalen:
Edelmetalen
Onedele metalen
Zeer onedele metalen
Hoofdstuk 8. Metalen
§8.1 De indeling van metalen
Slide 9 - Slide
Legeringen
Een legering is een mengsel is een mengsel van metalen
De volgende legeringen moet je kennen maar staan ook in BiNaS-37
Hoofdstuk 8. Metalen
§8.1 De indeling van metalen
Slide 10 - Slide
Doelen
Als het goed is kan ik nu:
zes eigenschappen van metalen benoemen
het verschil tussen edele en onedele metalen benoemen
drie edele en onedele metalen benoemen
toepassingen van legeringen benoemen
Hoofdstuk 8. Metalen
§8.1 De indeling van metalen
Slide 11 - Slide
Wat is een legering?
Slide 12 - Open question
Hoofdstuk 8. Metalen
§8.2 Reacties van metalen
Slide 13 - Slide
Doelen
Aan het einde van de les kan ik:
het roesten van ijzer beschrijven.
de aantasting van onedele metalen beschrijven die een beschermende oxide laag vormen.
manieren beschrijven hoe ijzer tegen corrosie beschermd kan worden.
het proces van etsen beschrijven.
Hoofdstuk 8. Metalen
§8.2 Reacties van metalen
Slide 14 - Slide
Reacties van metalen
Het corrosieproces is een chemische reactie waarbij een metaal reageert met de omgeving.
corrosie van Cu corrosie van Zn
Hoofdstuk 8. Metalen
§8.2 Reacties van metalen
Slide 15 - Slide
Hoe kan je voorkomen dat ijzer gaat roesten
Slide 16 - Open question
IJzer kan met water en zuurstof reageren tot roest.
Geef de reactievergelijking. De formule van roest is:
FeO3H3(s)
Slide 17 - Open question
Roesten is een langzame reactie. Zout katalyseert de reactie. Daarom moet je in de winter, als er zout is gestrooid, je fietsketting extra beschermen tegen roesten.
Leg uit hoe je de ketting van je fiets kunt beschermen tegen roesten.
Slide 18 - Open question
Roesten van IJzer
De corrosie van Fe noemen wij roesten.
De stof die hierbij ontstaat is ijzer(III)oxide
4 Fe(s) + 3 O2 --> 3 Fe2O3
ijzer(III)oxide is niet luchtdicht, waardoor water en lucht steeds met het ijzer kunnen blijven reageren
Hoofdstuk 8. Metalen
§8.2 Reacties van metalen
Fe2O3 is roestbruin
Slide 19 - Slide
leg uit wat voor soort reactie het roesten van ijzer is.
Slide 20 - Open question
welk metaal is een edel-metaal?
A
Au
B
Na
C
Li
D
Hg
Slide 21 - Quiz
Wat zijn zware metalen? Zware metalen zijn metalen die:
A
een hoge dichtheid hebben
B
erg giftig zijn
C
heel goed met andere stoffen reageren
D
een hoge dichtheid hebben én erg giftig zijn
Slide 22 - Quiz
Metaal, zout of niet metaal?
Na
A
Metaal
B
Niet Metaal
C
Zout
Slide 23 - Quiz
Metaal, zout of niet metaal?
C6H12O6
A
Metaal
B
Niet Metaal
C
Zout
Slide 24 - Quiz
Afsluiting
Stel je buurman/buurvouw 2 vragen over de behandelde lesstof. Wissel daarna om en beantwoord 2 vragen die hij/zij heeft bedacht.