H1 Inkomen en welvaart, 1.2 Hoe wordt je beïnvloed? Deel 1 (Pincode 7e editie)

• Economie
• Middelbare school
• vmbo b
• Leerjaar 4

Welkom bij economie!

H1 Inkomen en welvaart

1.2 Hoe wordt je beïnvloed? Deel 1

Wat gaan we vandaag doen?

1. Herhalen theorie 1.1 Welke keuzes maak je? 
2. Theorie 1.2 Hoe wordt je beïnvloed? Deel 1
3. Zelfstandig aan het werk

Herhalen 1.1

Lesdoelen:

Nu:

• Kun je uitleggen dat je middelen nodig hebt om in je behoeften te voorzien.√
• Kun je uitleggen waarom je prioriteiten moet stellen.√
• Kun je vier manieren noemen om in je behoeften te voorzien. √
• Kun je het verschil uitleggen tussen welvaart en welzijn. √

Welke 2 belangrijkste middelen heb je nodig om in je behoeften te kunnen voorzien?

Basisbehoefte of overige behoefte?

Eten en drinken

1. basisbehoefte
2. overige behoefte

Basisbehoefte of overige behoefte?

gezondheidszorg

1. basisbehoefte
2. overige behoefte

Basisbehoefte of overige behoefte?

merkkleding

1. basisbehoefte
2. overige behoefte

Welke manier om in je behoeften te voorzien is dit?

Een trui kopen bij een webwinkel

1. consumeren
2. zelfvoorziening
3. natuurlijke hulpbronnen
4. collectieve voorzieningen

Welke manier om in je behoeften te voorzien is dit?

Zonnen op het strand

1. consumeren
2. zelfvoorziening
3. natuurlijke hulpbronnen
4. collectieve voorzieningen

Welke manier om in je behoeften te voorzien is dit?


Wandelen door een stadspark

1. consumeren
2. zelfvoorziening
3. natuurlijke hulpbronnen
4. collectieve voorzieningen

Welke manier om in je behoeften te voorzien is dit?


Aardbeien verbouwen in je eigen moestijn

1. consumeren
2. zelfvoorziening
3. natuurlijke hulpbronnen
4. collectieve voorzieningen

Welvaart of welzijn?

Prioriteiten stellen om meer geld over te houden

1. Welvaart
2. Welzijn

Welvaart of welzijn?

Je lekker voelen door een gezellige avond met vrienden

1. Welvaart
2. Welzijn

Welvaart of welzijn?

Gezond zijn

1. Welvaart
2. Welzijn

Welvaart of welzijn?

Zorgen voor zelfvoorziening

1. Welvaart
2. Welzijn

1.2 Deel 1

Lesdoelen:

Aan het eind van de les:

• kun je uitleggen hoe je koopgedrag kan veranderen.
• kun je uitleggen waarom bepaalde doelgroepen belangrijk zijn. 

Je bent wat je koopt

Je koopgedrag (consumentengedrag) wordt beïnvloed of kan veranderen, door:

• Commerciële beïnvloeding;                                                                                                                             door fabrikanten, winkeliers en verkopers (reclame)

• Sociale beïnvloeding;                                                                                                                                           door je vrienden, familie en bekenden

Je bent wat je koopt (2)

Overige oorzaken: 

• Inkomen
• Tijd waarin je leeft
• Leeftijd
• Kennis van producten
• Technologische ontwikkelingen;                                                                                                                  er komen steeds nieuwe producten op de markt

Doelgroep

Doelgroep: Een groep consumenten waarvoor een reclameboodschap bedoeld is.

Waarom zijn jongeren voor veel bedrijven een interessante doelgroep?

Doelgroep

1. Makkelijk over te halen om iets te kopen
2. Hun geld is vaak vrij te besteden                                                                                                   (hebben vaak nog geen vaste lasten zoals huur of                              verzekeringen en kunnen dus kiezen waar ze hun geld aan uitgeven)
3. Hebben invloed op de koopbeslissingen van anderen, bijvoorbeeld thuis of vrienden
4. Jongeren kiezen vaak steeds voor hetzelfde merk of bedrijf

Zelfstandig aan het werk 

Opdracht: 

Maak nu zelfstandig opgave 1 t/m 7 op blz 14 en 15. Je mag overleggen. Schrijf de volledige antwoorden in je boek, inclusief formule bij een berekening!

Hulp nodig? In deze volgorde: 

1. Boek

2. Klasgenoot

3. Docent

(de eerste 2 minuten help ik niet)

Je krijgt 15 minuten de tijd

Klaar? Meld je bij de docent.

Na 15 minuten gaan we samen de opgaven bespreken. Je geeft dan je antwoord via lesson up door. Iedereen moet zijn antwoord kunnen uitleggen.

Sponsopdracht: 1b en c

Opgave 1 blz 14: Lees het bericht

a. Kies het juiste woord

1. basisbehoeften
2. overige behoeften

Opdracht 1 t/m 4 klassikaal

• 1b 2 voor de prijs van 1 of alles op een kopstuk zetten
• 2 sociale, commerciële
• 3.1 bijvoorbeeld: technologische ontwikkelingen hebben invloed, je hebt andere interesses
• 3.2 dan kun je duurdere producten kopen
• 4.1 Netflix kijken
• 4.2 Thuis sporten, wandelen
• 4.3 Vakantie in eigen tuin of in eigen land of met de auto

Opdracht 5 t/m 7 klassikaal

• 5 technologische ontwikkelingen, nieuwe
• 6a bijv. geld vrij te besteden en invloed op de koopbeslissingen van vrienden
•  6b bijv. makkelijk over te halen iets te kopen (omdat je niet in je eentje een vakantie boekt), trouw aan merk of bedrijf 
• 7 mensen met veel geld

Afsluiten 1.1

Lesdoelen:

Nu:

• kun je uitleggen hoe je koopgedrag kan veranderen. √
• kun je uitleggen waarom bepaalde doelgroepen belangrijk zijn. √