LV 19.2 - Opbouw van argumentatie II
Opbouw van argumentatie II
Leesvaardigheid §19
1 / 20
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3
This lesson contains 20 slides, with text slides.
Lesson duration is: 50 minItems in this lesson
Opbouw van argumentatie II
Leesvaardigheid §19
Slide 1 - Slide
Lesdoelen
Als het goed is, weet je aan het eind van deze les:
- hoe je het lezen van een tekst aanpakt;
- hoe je standpunten en argumenten uit een tekst haalt.
Slide 2 - Slide
Vragen bij een tekst beantwoorden
Een tekst waarbij vragen worden gesteld, lezen we eerst globaal.
We kijken naar de titel en tussenkopjes, lezen de inleiding, de eerste zinnen van elke alinea en de slotalinea. Ook kijken we naar afbeeldingen.
Op basis hiervan doen we voorspellingen over onderwerp en hoofdgedachte.
Slide 3 - Slide
Aan de slag
Lees de tekst "Een 'eliteschool' voor hoogbegaafde kinderen" globaal.
Lees de titel en tussenkopjes, de eerste alinea, de eerste zinnen van alle overige alinea's en de slotalinea.
Doe op basis hiervan een voorspelling over onderwerp en hoofdgedachte.
Slide 4 - Slide
Vervolgstappen
Vervolgens lezen we de tekst intensief.
We lezen de tekst aandachtig en geconcentreerd door, zorgen dat we de tekst begrijpen en letten op verbanden in de tekst.
Als we de tekst begrijpen, kunnen we beginnen met het beantwoorden van de vragen.
Slide 5 - Slide
Lees de tekst nu intensief
Lees nu de tekst in stilte in zijn geheel.
- Zorg ervoor dat je alles in de tekst begrijpt.
- Staat er een woord waarvan je de betekenis niet kent?
Probeer de betekenis dan uit de context te halen.
Beantwoord vervolgens de vragen bij opdracht 6.
Slide 6 - Slide
We lopen samen door opdracht 7 heen
Wat is het standpunt van Ingrid Weel?
Waar hebben we dit standpunt gevonden?
Slide 7 - Slide
Standpunt
Het is goed dat hoogbegaafde kinderen bij elkaar worden gezet. en les krijgen van een leerkracht die gespecialiseerd is in hoogbegaafdheid.
(regel 28 tot en met 32)
Slide 8 - Slide
Welke argumenten geeft Ingrid Weel?
- Ze voelen zich niet meer anders of raar
Slide 9 - Slide
Welke argumenten geeft Ingrid Weel?
- Ze voelen zich niet meer anders of raar
- Hun grapjes worden dan eindelijk door leeftijdsgenoten begrepen
Slide 10 - Slide
Welke argumenten geeft Ingrid Weel?
- Ze voelen zich niet meer anders of raar;
- Hun grapjes worden dan eindelijk door leeftijdsgenoten begrepen;
- Een deskundige leerkracht heeft de nodige kennis en kunde;
Slide 11 - Slide
Welke argumenten geeft Ingrid Weel?
- Ze voelen zich niet meer anders of raar;
- Hun grapjes worden dan eindelijk door leeftijdsgenoten begrepen;
- Een deskundige leerkracht heeft de nodige kennis en kunde;
- Hoogbegaafde kinderen hebben een reeks van behoeften die specifiek zijn voor deze groep;
Slide 12 - Slide
Welke argumenten geeft Ingrid Weel?
- Ze voelen zich niet meer anders of raar;
- Hun grapjes worden eindelijk door leeftijdsgenoten begrepen;
- Een deskundige leerkracht heeft de nodige kennis en kunde;
- Hoogbegaafde kinderen hebben een reeks van behoeften die specifiek zijn voor deze groep;
- Het is niet sociaal om niet-passend regulier onderwijs te geven;
- Op het reguliere onderwijs wordt zo’n kind omgeven door leerkrachten en kinderen
die het kind niet begrijpen.
Slide 13 - Slide
Hoe zetten we dit om in een blokjesschema?
Het is goed dat hoogbegaafde kinderen bij elkaar worden gezet en les krijgen van een leerkracht die gespecialiseerd is in hoogbegaafdheid.
Slide 14 - Slide
Hoe zetten we dit om in een blokjesschema?
Het is goed dat hoogbegaafde kinderen bij elkaar worden gezet. en les krijgen van een leerkracht die gespecialiseerd is in hoogbegaafdheid.
Ze voelen zich niet meer anders of raar
Slide 15 - Slide
Hoe zetten we dit om in een blokjesschema?
Het is goed dat hoogbegaafde kinderen bij elkaar worden gezet. en les krijgen van een leerkracht die gespecialiseerd is in hoogbegaafdheid.
Ze voelen zich niet meer anders of raar
Hun grapjes worden dan eindelijk door leeftijds-genoten begrepen
Slide 16 - Slide
Hoe zetten we dit om in een blokjesschema?
Het is goed dat hoogbegaafde kinderen bij elkaar worden gezet. en les krijgen van een leerkracht die gespecialiseerd is in hoogbegaafdheid.
Ze voelen zich niet meer anders of raar
Hun grapjes worden dan eindelijk door leeftijds-genoten begrepen
Een deskundige leerkracht heeft de nodige kennis en kunde
Slide 17 - Slide
Hoe zetten we dit om in een blokjesschema?
Het is goed dat hoogbegaafde kinderen bij elkaar worden gezet. en les krijgen van een leerkracht die gespecialiseerd is in hoogbegaafdheid.
Ze voelen zich niet meer anders of raar
Hun grapjes worden dan eindelijk door leeftijds-genoten begrepen
Een deskundige leerkracht heeft de nodige kennis en kunde
Hoogbegaafde kinderen hebben een reeks van behoeften die specifiek zijn voor deze groep
Slide 18 - Slide
Hoe zetten we dit om in een blokjesschema?
Het is goed dat hoogbegaafde kinderen bij elkaar worden gezet. en les krijgen van een leerkracht die gespecialiseerd is in hoogbegaafdheid.
Ze voelen zich niet meer anders of raar
Hun grapjes worden dan eindelijk door leeftijds-genoten begrepen
Een deskundige leerkracht heeft de nodige kennis en kunde
Hoogbegaafde kinderen hebben een reeks van behoeften die specifiek zijn voor deze groep
Het is niet sociaal om niet-passend regulier onderwijs te geven
Slide 19 - Slide
Hoe zetten we dit om in een blokjesschema?
Het is goed dat hoogbegaafde kinderen bij elkaar worden gezet. en les krijgen van een leerkracht die gespecialiseerd is in hoogbegaafdheid.
Ze voelen zich niet meer anders of raar
Hun grapjes worden dan eindelijk door leeftijds-genoten begrepen
Een deskundige leerkracht heeft de nodige kennis en kunde
Hoogbegaafde kinderen hebben een reeks van behoeften die specifiek zijn voor deze groep
Het is niet sociaal om niet-passend regulier onderwijs te geven
Op het reguliere onderwijs wordt zo’n kind omgeven door leerkrachten en kinderen
die het kind niet begrijpen
