Paragraaf 3.2 - Geboren om te heersen

Vandaag
Paragraaf 3.2 - Geboren om te heersen
(terwijl je wacht tot de les begint, log alvast in bij Lessonup)
1 / 10
next
Slide 1: Slide
GechiedenisMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

This lesson contains 10 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Vandaag
Paragraaf 3.2 - Geboren om te heersen
(terwijl je wacht tot de les begint, log alvast in bij Lessonup)

Slide 1 - Slide

Einde van de les les kan/weet je
  • verhaal van hoe Rome werd gesticht
  • drie redenen noemen waarom de stad Rome groeide
  • hoe het Romeinse Rijk het Romeinse Rijk werd

Slide 2 - Slide

Het ontstaan van Rome

Slide 3 - Slide

Waarom ontstaat Rome daar?
Lees individueel 'Leren van Grieken en Etrusken' (TB 56) 
Maak opdracht 19 (WB 80)

Slide 4 - Slide


Welke drie oorzaken had jij?
1. Je kon bij Rome de Tiber oversteken.
2. Veel (handels)wegen kwamen er samen.
3. Rome kon (het dure) zout leveren.
4. Ze maakten goed gebruik van de kennis en ervaring van Etrusken en Grieken
5. Ze leerden van de Grieken: de aanleg van havens, het alfabet en het gebruik van munten.

Slide 5 - Poll

Hoe begin je een wereldrijk?

  • Gezamenlijk lezen 'Van stadstaat naar wereldmacht' (TB 57)
  • Maak opdracht 24 (WB 81)
  • Opdracht af? Bekijk de plaatjes hiernaast. Waarom heb je de erop afgebeelde dingen nodig om een wereldrijk te beginnen?


Slide 6 - Slide

Oorlog tegen de Grieken in Zuid-Italië
Oorlog tegen de Grieken in Griekenland
Oorlog tegen de Etrusken en andere Italische volken
Oorlog tegen de Carthagers
1
2
3
4

Slide 7 - Drag question

Te lang van huis
Gezamenlijk lezen 'Soldaat in plaats van boer' (TB 58)

Slide 8 - Slide

Rijke grootgrondbezitters kochten de boerderij.
Op de grote landerijen werden goedkope slaven ingezet.
Werkloze landarbeiders trokken naar de stad Rome.
Vrije landarbeiders werden te duur en kwamen niet aan het werk.
5
De boerderij moest worden verkocht.
1
2
3
4

Slide 9 - Drag question

Julius Caesar
En daar komt Caesar! 
Gezamenlijk lezen: 'Julius Caesar en daarna' (TB 58)
Maak opdracht 29 t/m 32

Slide 10 - Slide