Je bent gisteren gevallen met je fiets. Je voet doet nu veel pijn. De pijn zit vooral in het midden van je voet. Als je loopt, doet je voet een beetje pijn en als je rent, doet je voet heel veel pijn. Je kunt ook niet meer sporten. Je gaat naar de huisarts. Je verwacht dat de dokter een diagnose stelt.
Link: 3.1 Doe de taak. Opdracht 5 (gesprek voorbereiden).
Link 3.2 maken