07/12/2022 1D+1E - Tekststructuur




WELKOM BIJ
HET VAK NEDERLANDS! 


Mevrouw Duinhouwer
1 / 16
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

This lesson contains 16 slides, with text slides.

Items in this lesson




WELKOM BIJ
HET VAK NEDERLANDS! 


Mevrouw Duinhouwer

Slide 1 - Slide

Lesprogramma
  • Huiswerk nabespreken 
  • Structuur van een tekst
  • Opdrachten maken 
  • Klassikale nabespreking van de opdrachten



Slide 2 - Slide

Leerdoelen
Ik kan de hoofdgedachte van een tekst formuleren
Ik weet uit welke elementen een tekststructuur bestaat

Slide 3 - Slide

Woordraadstrategie

Een woordraadstrategie is een handige manier om achter de betekenis van een woord te komen:

  • synoniem
  • omschrijving
  • voorbeeld
  • tegenstelling
  • bekend woorddeel :  bijv. woord-raad-strategie

  

En je kan ook het woord.....

  • opzoeken in het woordenboek
  • betekenis uit de context halen
Vorige les

Slide 4 - Slide

Huiswerk
  • Opdracht 1 - A Schrijf de woorden op die je nog niet kent (individueel)
  • Opdracht 1 - B t/m F  - bladzijde 24 (in duo's)
  • Opdracht 2 - A t/m F (individueel)






Slide 5 - Slide

De hoofdgedachte
  • De hoofdgedachte is een heel korte samenvatting in één zin. Het is het belangrijkste wat de schrijver wil vertellen. 

  • De hoofdgedachte = het onderwerp + dat wat daarover verteld wordt.  

  • Om de hoofdgedachte te formuleren moet je dus eerst het onderwerp en het tekstdoel bepalen.

  • Het onderwerp = waar de tekst over gaat. Dat kun je vaak met één of enkele woorden zeggen.
  • Tekstdoel = wat de schrijver met de tekst wil bereiken.

Slide 6 - Slide

Het onderwerp
Het onderwerp van een tekst vind je door te letten op: 
  • de titel
  • de eerste zin of de eerste alinea 
  • een afbeelding bij de tekst 
  • tussenkopjes en vetgedrukte of onderstreepte woorden in de tekst 

Slide 7 - Slide

onderwerp of vraag
antwoord of samenvatting
= Wat vertelt de schrijver over het onderwerp?

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Hoe vind je de hoofdgedachte?

  • Vraag je af wat de schrijver vertelt over het onderwerp
  • Zoek in de eerste alinea of in het slot van een tekst. 
  • De hoofdgedachte hoeft niet letterlijk in de tekst te staan. 
  • Let op! Twee teksten met hetzelfde onderwerp kunnen heel goed twee verschillende hoofdgedachtes hebben.
  • Bedenk wat de tekstsoort en het tekstdoel is, de hoofdgedachte heeft daar mee te maken.

Slide 10 - Slide

Waar vind je de hoofdgedachte?
Kijk ook in de titel

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

Hoofdgedachte: De Nijmeegse Vierdaagse is het grootste wandelevenement ter wereld.

Slide 13 - Slide

Wat is de kernzin?
Antwoord
De kernzin is de eerste zin: ‘Als het … Europa.'
 Wat is de kernzin?

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide

Opdracht
  • Tekst lezen - bladzijde 27 

Opdrachten maken - BLADZIJDE 28
  • Opdracht 1 - A t/m E
  • Opdracht 2 - A t/m F 







Slide 16 - Slide