Week 28 Gesprekken 2.1 Een zakelijk telefoongesprek voeren
1 / 22
next
Slide 1: Slide
NederlandsMBOStudiejaar 1
This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 30 min
Items in this lesson
Slide 1 - Slide
Wat staat er op de planning?
Slide 2 - Slide
Wat gaan we doen?
De afgelopen weken houden jullie je bezig met presenteren en gesprekken voeren, omdat jullie de examens Spreken en Gesprekken 2F vanaf half april moeten doen.
Deze week: Nu Nederlands GESPREKKEN/ALGEMEEN Studie & Beroep: Een zakelijk telefoongesprek
Slide 3 - Slide
Slide 4 - Slide
Slide 5 - Slide
Slide 6 - Slide
Slide 7 - Slide
Je krijgt twee fragmenten te zien.
Elk fragment krijg je 2x te zien.
Je krijgt hierover vragen.
Slide 8 - Slide
apps.noordhoff.nl
Slide 9 - Link
Hoe opent Rachida het telefoongesprek? Er zijn twee antwoorden juist.
A
Ze vraagt of het uitkomt dat ze belt.
B
Ze zegt namens wie ze belt.
C
Ze vraagt of de klant 10 minuten de tijd heeft voor het gesprek.
D
Ze noemt het onderwerp waarover ze belt.
Slide 10 - Quiz
Hoe kwam de klant op het idee om een privébestelling via zijn bedrijf te doen?
Slide 11 - Open question
De reactie van de klant is wat vaag en onduidelijk. Waarschijnlijk heeft hij geen bedrijf.
Wat kan Rachida NU het best doen?
A
Rachida moet hem op de man af vragen: "'Hebt u wel een bedrijf?"
B
Rachida moet zeggen: "U hebt het nu zo geregeld, maar zonder KvK-nummer kunt u niets bestellen".
C
Rachida moet doen, zoals je ziet op het filmpje: de klant niks verwijten en uitzoek wie hij aan de telefoon heeft gehad.
Slide 12 - Quiz
Hoe sluit Rachida het telefoongesprek af?
Er zijn twee antwoorden juist.
A
Ze bedankt de klant.
B
Ze wenst de klant een prettige dag.
C
Ze vertelt wat ze gaat doen.
D
Ze zegt dat ze gaat terugbellen.
Slide 13 - Quiz
Je krijgt fragmenten 2 te zien.
Je krijgt het 2x te zien.
Je krijgt hierover vragen.
Slide 14 - Slide
Lianne begrijpt niet direct wat het probleem is.
Is Rachida’s verhaal onduidelijk of luistert Lianne niet goed?
Slide 15 - Open question
Wat vind jij van de manier waarop Lianne reageert?
A
Niet goed. Ze laat blijken helemaal geen zin te hebben in het gesprek.
B
Goed. Ze vraagt door totdat ze precies begrijpt wat er aan de hand is.
C
Redelijk, ze vraagt door, maar klinkt niet echt geïnteresseerd.
Slide 16 - Quiz
Rachida heeft zich op dit gesprek voorbereid.
Waaraan merk je dat?
Slide 17 - Open question
Dat doet ze.
Dat doet ze niet.
Beleefd
Boos
Geduldig
Goed voorbereid
Ongeduldig
Onverschillig
Gehaast
Vriendelijk
Slide 18 - Drag question
Je mag Rachida nog één advies geven. Welk advies zou dat zijn?