cellen van planten en dieren

Cellen
1 / 21
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 1

This lesson contains 21 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Cellen

Slide 1 - Slide

lesdoel
De celonderdelen kunnen benoemen
Kunnen aangeven waartoe zij dienen
Verschillen tussen dierlijke en plantaardige cellen benoemen

Slide 2 - Slide

Van organisme terug naar cel

Slide 3 - Slide

Weefsel= een groep cellen met dezeflde vorm en functie
  • een groep cellen met dezelfde vorm en dezelfde functie

Slide 4 - Slide

onderdelen en functie
Celemenbraan: een dunne vlies om het cytoplasma
Cytoplasma: water met opgeloste stoffen
celkern: regelt alles wat in de cel gebeurt.
kernmembraan: dunne vlies om de celkern heen
Dierlijke cel

Slide 5 - Slide

functie
celwand : stevig laagje om      cel heen.  
celmenbraan: dunne vlies om het cytoplasma 
cytoplasma: bestaat uit water en opgeloste stoffen. 
celkern: regelt alles wat in de cel gebeurt
intercellulaire ruimten: ruimte gevuld met lucht of water.
vacuole: blaasje, gevuld met vocht.
bladgroenkorrels : Hier bevindt zich fotosynthese plaats.
celkermenbraan: een dunne vlies om celkern heen.


Plantencel
Tekst

Slide 6 - Slide

Plantaardige en dierlijke cellen

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Video

Zet op volgorde van groot naar klein
Orgaanstelsel
Orgaan
Weefsel
Cel
Organisme

Slide 9 - Drag question

Welke soort cel is dit?
A
plantaardige cel
B
dierlijke cel
C
schimmel cel
D
bacterie cel

Slide 10 - Quiz

Welke onderdelen zitten er in een plantencel? Sleep de goede antwoorden ernaar toe
plantencel
celmembraan
cytoplasma
Vacuole
celwand
bladgroenkorrels
celkern

Slide 11 - Drag question

Wat is de functie van de vacuole? Sleep het juiste antwoord naar het vinkje
Stroperige vloeistof waarin alle celorganellen liggen
Bepaalt welke stoffen de cel in en uit mogen
Regelt wat er in de cel gebeurt
Met vocht gevuld blaasje dat stevigheid geeft aan de cel
Geeft stevigheid

Slide 12 - Drag question


Wat is waar?
A
Cel 1: plantaardige cel Cel 2: dierlijke cel
B
Cel 1: Bacterie Cel 2: dierlijke cel
C
Cel 1: dierlijke cel Cel 2: plantaardige cel
D
Cel 1: Schimmelcel Cel 2: plantaardige cel

Slide 13 - Quiz

Welke cel heeft bladgroenkorrels?
A
Plantaardige cel
B
Dierlijke cel
C
Plantaardige en dierlijke cellen
D
Schimmelcel

Slide 14 - Quiz

Bij dierlijke cellen zorgt de celwand voor stevigheid
A
Waar
B
Niet waar

Slide 15 - Quiz

Waarmee is de vacuole gevuld?
A
Water met opgeloste stoffen
B
Lucht
C
Cytoplasma
D
Tussencelstof

Slide 16 - Quiz

Bladgroenkorrels zitten alleen in .....
A
dierlijke cellen
B
plantaardige cellen

Slide 17 - Quiz

Hebben dierlijke cellen een celwand?

A
ja
B
nee

Slide 18 - Quiz

VRAGEN?

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Video

BOUW TEKENING
MAAK MET TWEE OF DRIETALLEN
 EEN BOUWVAN EEN PLANTENCEL , HOE JIJ ER EEN GAAT MAKEN.
DENK ERAAN ALLE ONDERDELEN MOET ERIN VOOR KOMEN.

Slide 21 - Slide