transdermale pleisters

medicatie/ inhalatoren/ druppels/ pleisters

1 / 34
next
Slide 1: Slide
Helpende plusMBOStudiejaar 2

This lesson contains 34 slides, with interactive quizzes, text slides and 11 videos.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

medicatie/ inhalatoren/ druppels/ pleisters

Slide 1 - Slide

Welke toedieningsvormen van medicatie ken jij?

Slide 2 - Mind map

Toedieningsvormen

Poeder, dragee, tablet, durette, zetpil, crème, pasta, gel, suspensie, aërosol, oplossing (injectie, drank, druppel), tablet entric coated, capsule,klysma,lotion, zalf, gelei, siroop,emulsie en pleisters.


Slide 3 - Slide

Toedieningswegen
  • enteraal/oraal vs parenteraal
  • lokaal of systemisch 

Slide 4 - Slide

Aandachtspunten
  • Let op controle medicijn;
  • Beste houding is zitten of liggen;
  • Medicijn op lichaamstemperatuur;
  • Uiteinde pipet moet zichtbaar blijven;
  • Druppelbril

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Video

Slide 7 - Video

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Video

Slide 10 - Video

Slide 11 - Video

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Video

Wat is belangrijk na het inhaleren
A
mond spoelen met water
B
water innemen

Slide 14 - Quiz


Gebruik je bij toedienen zetpillen steriele handschoenen
A
Nee
B
Ja

Slide 15 - Quiz

Op welke zij moet de cliënt liggen bij het inbrengen van de zetpil
A
rechterzij
B
linkerzij

Slide 16 - Quiz

Welke kant van de zetpil breng je in de anus
A
stompe kant
B
scherpe kant

Slide 17 - Quiz

Slide 18 - Video

Toedienen van microklysma 
- lees de vaardigheid op bladzijde 58

Slide 19 - Slide

Hoe lang moet de cliënt op de linkerzij blijven liggen
A
1 minuut
B
3 minuten
C
5-10 minuten
D
hoeft niet

Slide 20 - Quiz

Slide 21 - Video

Plakken van een pleister met
  transdermale medicijnen

- lees vaardigheid op bladzijde 59

Slide 22 - Slide

Hoe werkt een transdermale pleister
A
via huid in onderhuidsbindweefsel
B
via huid in onderhuidsbindweefsel in bloedvaten

Slide 23 - Quiz

Wat is geen geschikte plek voor het plakken van transdermale pleister
A
borst
B
bovenarm
C
bovenbeen
D
buik

Slide 24 - Quiz

Slide 25 - Video

Oogdruppels en oogzalf mag je direct na elkaar geven
A
Juist
B
Onjuist
C
Onjuist er moet minimaal 5 minuten tussen zitten

Slide 26 - Quiz

Wat is de voorkeurshouding bij het oog druppelen
A
liggend op de rug
B
zittend met hoofd iets achterover
C
zittend met hoofd iets achterover en liggend op de rug
D
rechtop

Slide 27 - Quiz

Toedienen van neusdruppels 
- lees de vaardigheid op bladzijde 61

Slide 28 - Slide

Toedienen van oordruppels 
- lees de vaardigheid op bladzijde 62

Slide 29 - Slide

Waarom wordt oordruppels voorgeschreven
A
Oorpijn
B
ter voorbereiding uitspuiten oor
C
pijn verminderen

Slide 30 - Quiz

Slide 31 - Video

Inhaleren dosisaerosol met voorzetkamer 
- lees de vaardigheid op bladzijde 63

Slide 32 - Slide

Waarom moet je na het inhaleren de mond spoelen
A
tegen een vieze smaak
B
tegen schimmelinfectie

Slide 33 - Quiz

Slide 34 - Video