Les 2 H 6 Medicatie

H 6 Medicijnen
  • Blz. 105 in je boek

1 / 41
next
Slide 1: Slide
Helpende plusMBOStudiejaar 2

This lesson contains 41 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

Items in this lesson

H 6 Medicijnen
  • Blz. 105 in je boek

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Leerdoelen
Je kunt:
  • werken met medicatieoverzichten en soorten uitgiftesystemen/baxtersysteem​
  • de juiste medicijnen controleren, aanreiken en registreren.
  • de huid van de cliënt zalven​
  • de ogen van de cliënt druppelen/zalven​ 
  • de oren van de cliënt druppelen​ 
  • de neus van de cliënt druppelen​ 
  • Microlax toedienen​ (komt in een latere les)

Slide 2 - Slide

Als Helpende plus hoef je geen uitgebreide kennis van medicijnen te hebben, maar basiskennis is wel noodzakelijk.
filmpje medicatieveiligheid
Na het filmpje kan je 3 belangrijke tips verwoorden

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Slide 4 - Video

Filmpje over medicatieveiligheid

Slide 5 - Link

Op deze site kan je veel vinden over medicijnen.
app op je telefoon FK 

Slide 6 - Slide

Blz. 106 

Slide 7 - Slide

Blz. 108

Opdracht 5c tweede controle
binnen de 5 j's zijn de juiste tijd en de juiste datum twee aparte punten
A
juist
B
onjuist

Slide 8 - Quiz

This item has no instructions

5 j's bij medicatieverstrekking
juiste zorgvrager
juiste medicatie
juiste wijze van toedienen
juiste dosering (hoeveelheid)
juiste datum + tijd 

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Daarnaast.....
Let op de houdbaarheid van de medicijnen
en kijk of er een uitvoeringsverzoek is 

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Richard werkt als helpende in een VVT-instelling. Vandaag heeft hij de zorg voor mevrouw Van Wijk. Tijdens het ronddelen van de medicatie vraagt mevrouw Van Wijk aan hem of hij haar tramadol retard medicijn in vier kleine stukjes kan breken. Ze heeft namelijk wat last van haar keel en kan de tablet maar moeilijk doorslikken.

Mag Richard de tramadoltablet retard in vierstukjes breken?

Slide 11 - Open question

This item has no instructions

Slide 12 - Slide

Bij een suspensie is het belangrijk om voor inname goed te schudden zodat de werkzame stof gelijkmatig is verdeelt. 

Handig om te weten: zie boek blz.115

Benoemen:
Druppelvloeistof, gels, spray en klysma
Doelen van Medicijnen

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

paracetamol
A
is een symptoom bestrijder
B
is een medicijn ter preventie van hoofdpijn
C
wordt gebruikt als supplement

Slide 14 - Quiz

This item has no instructions

Curatieve werking betekent:
A
aanvullend
B
genezend

Slide 15 - Quiz

This item has no instructions

vitamine D suppletie betekent: het tekort aan vitamine D aanvullen
A
juist
B
onjuist

Slide 16 - Quiz

This item has no instructions

met medicatie ter preventie willen we
A
een ziekte behandelen
B
voorkomen dat er een ziekte ontstaat

Slide 17 - Quiz

This item has no instructions

een zalf tegen eczeem aanbrengen is een vorm van
A
dermale medicatie
B
transdermale medicatie

Slide 18 - Quiz

This item has no instructions

medicatie tegen hartklachten die onder de tong gaat is
A
sublinguale medicatie
B
oculaire medicatie
C
transdermale medicatie

Slide 19 - Quiz

This item has no instructions

wat is het verschil tussen dermale en transdermale medicatie?

Slide 20 - Open question

This item has no instructions

Slide 21 - Slide

Blz. 123

Slide 22 - Video

This item has no instructions

je mag voor meerdere zorgvragers het zelfde flesje oogdruppels gebruiken mits je aseptisch werkt
A
juist
B
onjuist

Slide 23 - Quiz

This item has no instructions

Slide 24 - Slide

This item has no instructions

geef een voorbeeld van een toepassing van huidmedicatie

Slide 25 - Open question

This item has no instructions

een toepassing van huidmedicatie kan zijn:
A
verzachten bij jeuk
B
genezen van bijvoorbeeld eczeem
C
pijn bestrijding (bijvoorbeeld bij huidzenuwen)
D
alle antwoorden zijn goed

Slide 26 - Quiz

This item has no instructions

Slide 27 - Slide

This item has no instructions

Slide 28 - Slide

This item has no instructions

Slide 29 - Slide

This item has no instructions

bij "gewenning" heeft een zorgvrager steeds meer nodig van het medicijn
A
Juist
B
onjuist

Slide 30 - Quiz

This item has no instructions

Als diverse medicijnen elkaars werking beinvloeden, dan noemen we dit
A
interactie
B
contra indicatie
C
bijwerking

Slide 31 - Quiz

This item has no instructions

bij weigering van medicatie kan je het beste:
A
rustig blijven en uitleggen waarom het medicijn nodig is
B
informatie geven over de (bij)werking van het medicijn
C
eerdere ervaringen van de zorgvrager met het medicijn bespreken
D
A, B en C zijn juist

Slide 32 - Quiz

This item has no instructions

een zetpil is een vorm van..... medicatie
A
enterale
B
parenterale

Slide 33 - Quiz

This item has no instructions

een transdermaal pleister werkt....
A
systemisch
B
lokaal

Slide 34 - Quiz

This item has no instructions

na het toedienen van oogdruppels druk je de traanbuizen 10 seconden dicht
A
juist
B
onjuist

Slide 35 - Quiz

This item has no instructions

oordruppels uit de koelkast moet je altijd eerst naar kamertemperatuur verwarmen
A
juist
B
onjuist

Slide 36 - Quiz

This item has no instructions

oordruppels mag je ook geven als de zorgvrager in de stoel zit
A
juist
B
onjuist

Slide 37 - Quiz

This item has no instructions

bij medicijnen buiten de baxter om, is altijd een dubbele controle nodig
A
juist
B
onjuist

Slide 38 - Quiz

This item has no instructions

voor transdermaalpleisters wordt altijd een plakschema gebruikt
A
juist
B
onjuist

Slide 39 - Quiz

This item has no instructions

opdracht in tweetallen 
vergelijk de protocollen "oordruppelen"  en "oogdruppelen" met elkaar. 
wat valt je op bij punt:
  • voorbehouden handeling
  • werkwijze
  • nazorg
  • aandachtspunten

Slide 40 - Slide

This item has no instructions

Oefenen in praktijklokaal

Slide 41 - Slide

This item has no instructions