3G Latijn Disco Les 31

3G Latijn
1 / 20
next
Slide 1: Slide
LatijnMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

This lesson contains 20 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

3G Latijn

Slide 1 - Slide

Studiewijzer

Slide 2 - Slide

Les 31: Het begin van de republiek

Slide 3 - Slide

Pronomen reflexivum
Ik zie mijzelf.
Zij verbaast zich.
Het kind slaat zichzelf over.
Wij haasten onszelf over straat.

                       Het wederkerend voornaamwoord slaat altijd 
                       terug  op het onderwerp 
                  

Slide 4 - Slide

Pronomen reflexivum
Puer se videt in speculo.
De jongen ziet zichzelf in de spiegel.

Amor sui eam decipit.
De liefde voor haarzelf  bedriegt haar.








Slide 5 - Slide

Pronomen reflexivum
Ille vir dona sibi semper dat.
Die man geeft zichzelf altijd geschenken.

Fabulas de se numquam narrant.
Zij vertellen nooit verhalen over zichzelf.


Slide 6 - Slide

Pronomen reflexivum
Socratem cives sui interfecerunt.
Socrates werd gedood door zijn eigen burgers.

amor sui
liefde voor zichzelf




Slide 7 - Slide

Pronomen reflexivum

Slide 8 - Slide

Persoonlijk voornaamwoord

Slide 9 - Slide

Persoonlijk voornaamwoord

Slide 10 - Slide

Bezittelijk voornaamwoord

Slide 11 - Slide

Wederkerend voornaamwoord

Slide 12 - Slide

Accusativus cum infinitivo
Ulixes deam intrare videt.    
Odysseus ziet ...

Ulixes narrat amicos ad Troiam navigare.    
Odysseus ziet ...

Slide 13 - Slide

Accusativus cum infinitivo
Magister dicit discipulos carmen cantare.    
De leraar zegt ... een lied ...

Canis gaudet dominum crustulum dare.
De hond is blij ... een koekje ...

Slide 14 - Slide

Accusativus cum infinitivo
Ulixes narravit amicos dona dare.
        Odysseus vertelde ...

Speravi te patrem intellegere.
        Ik hoopte ...

Slide 15 - Slide

Accusativus cum infinitivo
Dido dicit Aeneam venire.
Parentes se venire dicunt.

                 -Aeneam is een accusativus (=subjectsaccusativus)
                   -venire is een infinitief

                   -in het Nederlands vertalen met een dat-zin

Slide 16 - Slide

Bezittelijk voornaamwoord

Slide 17 - Slide

Wederkerend voornaamwoord

Slide 18 - Slide

Persoonlijk voornaamwoord

Slide 19 - Slide

Persoonlijk voornaamwoord

Slide 20 - Slide