6.3 Machtsverbanden

Welkom
Paragraaf 6.3 Machtsverbanden

Pak je laptop en ga op LessnoUp naar deze les (6.3)

1 / 44
next
Slide 1: Slide
WiskundeMiddelbare schoolvmbo g, tLeerjaar 3

This lesson contains 44 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Welkom
Paragraaf 6.3 Machtsverbanden

Pak je laptop en ga op LessnoUp naar deze les (6.3)

Slide 1 - Slide

Lesdoelen
  • Je leert wat machten zijn en hoe je deze kunt uitrekenen met rekenmachine. 
  • Je leert wat machtsverbanden zijn. 

Slide 2 - Slide

Uitleg theorie

Slide 3 - Slide

Kwadratisch verband
Lineair verband
Wortelverband

Slide 4 - Drag question

2

Slide 5 - Video

00:52
Het cijfer 5 in deze macht noemen we
54
A
Kwadraat
B
Macht
C
Exponent
D
Grondtal

Slide 6 - Quiz

00:52
Het cijfer 4 in deze macht noemen we
54
A
Kwadraat
B
Macht
C
Exponent
D
Grondtal

Slide 7 - Quiz

x22=y
x2=y
x5=y
x3+2=y
x12=y
Wortelverband
Omgekeerd evenredig
Lineair verband
Kwadratisch verband
Machtsverband

Slide 8 - Drag question

Welk verband hoort bij welke grafiek?
1


Lineair verband
Kwadratisch verband
Wortelverband
Periodiek verband

Slide 9 - Drag question

6.3 Machtsverbanden
Een macht bestaat uit een grondtal en een exponent

Slide 10 - Slide

machtsverband

Slide 11 - Slide

Wat voor soort verband is dit?
Hoeveelheid=1503a3
A
Exponentieel
B
Kwadratisch verband
C
Lineair dalend
D
Machtsverband

Slide 12 - Quiz

een machtsverband herken je aan
A
een +
B
een macht (getal wat "hoog"staat)
C
een x
D
een -

Slide 13 - Quiz

Je kan het!
Enkele oefeningen...

Slide 14 - Slide


Bij welk verband hoor de formule: 

y=bgt
A
lineair verband
B
machtsverband
C
evenredig verband
D
exponentieel verband

Slide 15 - Quiz

Hoe ziet de tabel bij een machtsverband eruit?
A
Trapjesgrafiek
B
Vloeiend kromme
C
Lineaire grafiek
D
Stippengrafiek

Slide 16 - Quiz

Wat voor soort verband is dit?
Hoeveelheid=1503a3
A
Exponentieel
B
Kwadratisch verband
C
Lineair dalend
D
Machtsverband

Slide 17 - Quiz

Wat voor soort verband is dit?
Bedrag=5001,08t
A
Exponentieel verband
B
Machtsverband
C
Kwadratisch verband
D
Lineair verband

Slide 18 - Quiz

Wat voor soort verband is dit?

A
kwadratisch
B
wortel
C
omgekeerd evenredig
D
machtsverband

Slide 19 - Quiz

y = 5x is een:
A
Machtsverband
B
Rechtevenredig verband
C
Omgekeerd evenredig verband
D
Exponentieel verband

Slide 20 - Quiz

is een:
N=5x3
A
Machtsverband
B
Rechtevenredig verband
C
Omgekeerd evenredig verband
D
Exponentieel verband

Slide 21 - Quiz


De grafiek bij de formule                   groeit ......................
y=bgt
A
lineair
B
volgens een machtsverband
C
evenredig
D
exponentieel

Slide 22 - Quiz

Wat voor soort verband is dit en wat is de groeifactor?

aantal=25001,065t
A
exponentieel met 2500
B
exponentieel met 1,065
C
machtsverband met 1,065
D
omgekeerd evenredig met 2500

Slide 23 - Quiz

Hoe herken je een machtsverband?
A
een groeifactor in de formule
B
een letter in de exponent
C
een wortel in de formule
D
variabele met getal >2 in de exponent

Slide 24 - Quiz

Hoe ziet de tabel bij een machtsverband eruit?
A
Trapjesgrafiek
B
Vloeiend kromme
C
Lineaire grafiek
D
Stippengrafiek

Slide 25 - Quiz

Welke knop op je rekenmachine gebruik je voor machten?
A
B
÷
C
^
D
(-)

Slide 26 - Quiz

Machten...

24=
A
2 x 4 = 8
B
2 + 2 + 2 + 2 = 8
C
2 x 2 x 2 x 2 = 4
D
2 x 2 x 2 x 2 = 16

Slide 27 - Quiz

Weet je de kwadraten van 1 t/m 15 en 20
uit je hoofd?
142=
A
ja, ook 16, 17, 18 en 19
B
ja, allemaal
C
ik denk het wel
D
nee, nog niet

Slide 28 - Quiz

Hoe noem je de 5?

56=
A
grondtal
B
exponent
C
macht
D
kwadraat

Slide 29 - Quiz

1: Sleep de juiste woorden naar de goede plek
grondgetal
grondtal
exponent
macht
exing
zweefgetal
kwadraat
Pythagoras

Slide 30 - Drag question

Bereken het kwadraat van -4
A
16
B
8
C
-8
D
-16

Slide 31 - Quiz

x22=y
x2=y
x5=y
x3+2=y
x12=y
Wortelverband
Omgekeerd evenredig
Lineair verband
Kwadratisch verband
Machtsverband

Slide 32 - Drag question

Vul nu volgende tabel aan!
Oefening
Grondtal positief of negatief?
Exponent even of oneven?
Uitkomst positief of negatief
42
23
(4)2
(4)3
Positief
Even
Positief
Positief
Oneven
Positief
Negatief
Negatief
Even
Oneven
Positief
Negatief

Slide 33 - Drag question

Bereken. Rond of op twee decimalen.
25,6
4

Slide 34 - Open question

Bereken zonder rekenmachine. Schrijf alle tussenstappen op.
3 + 4 x 2

3
2

Slide 35 - Open question

Bereken zonder rekenmachine. Schrijf alle tussenstappen op.

(5 - 23) x 10

2
2
4

Slide 36 - Open question

Huiswerk


Maak in deze les (rest huiswerk)

Opgave 24 t/m opgave 29





Succes!


Slide 37 - Slide

Lesafsluiting
  • Met de volgende opgave kun je laten zien dat wat je geleerd hebt vandaag ook kunt!

  • Klaar voor de quiz? 

Slide 38 - Slide

1: Sleep de juiste woorden naar de goede plek
grondgetal
grondtal
exponent
macht
exing
zweefgetal
kwadraat
Pythagoras

Slide 39 - Drag question

Schuif de grafieken naar de juiste plek. 1 grafiek kan je niet plaatsen!
Welke grafieken stijgt steeds langzamer
Welke grafiek stijgt steeds sneller?
Welke grafiek is periodiek?
Welke grafiek daalt steeds langzamer?
Welke grafiek stijgt steeds met dezelfde snelheid?

Slide 40 - Drag question

Schuif de grafieken naar de juiste plek.
Welke grafieken is een horizontale grafiek
Welke grafieken zijn lineair?
Plaats hier de grafieken die je nergens kunt plaatsen
Welke grafieken zijn vloeiende krommen?

Slide 41 - Drag question

Schuif de formules naar de juiste plek. 
Periodiek verband
Evenredig verband
Omgekeerd evenredig verband
Kwadratisch verband
Horizontale verband
Wortelverband
Lineair verband
Exponentieel verband
Machtsverband
Verticale verband

Slide 42 - Drag question

Schuif de grafieken naar de juiste plek. 
Periodiek verband
Evenredig verband
Omgekeerd evenredig verband
Kwadratisch verband
Horizontale verband
Wortelverband
Lineair verband
Exponentieel verband
Machtsverband
Verticale verband

Slide 43 - Drag question

Tot ziens iedereen

Slide 44 - Slide