6.2 Voedselrelaties (kader)

Thema 6 Ecologie en duurzaamheid

In dit thema leer je hoe de omgeving invloed heeft op alle organismen.

1 / 30

Slide 1: Slide

Mens & NatuurMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

This lesson contains 30 slides, with interactive quizzes, text slides and 5 videos.

Lesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Thema 6 Ecologie en duurzaamheid

In dit thema leer je hoe de omgeving invloed heeft op alle organismen.

Slide 1 - Slide

BS 2 Voedselrelaties

Het bestuderen van relaties tussen organismen

het bestuderen van relaties tussen organismen en het milieu

Slide 2 - Slide

Aan het einde van de les kun je:

* Je kunt een voedselketen en een voedselweb maken

* Je kunt de groepen organismen in de kringloop van stoffen onderscheiden

* Je kunt aangeven welk afval biologisch afbreekbaar is en

welke niet

Slide 3 - Slide

Milieu

De omgeving waarin je leeft =

leefomgeving

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Video

Voedselketen = elke soort is voedsel (eten) voor een andere soort

de pijl betekent: wordt gegeten door

De eerste schakel in een voedselketen is altijd een plant

aan het eind vaak een toproofdier

Slide 6 - Slide

Voedselketen wad

De organismen op het wad vormen een voedselketen:

Algen(plant) -> krill -> haring -> kabeljauw -> zeehond.

Elke soort vormt een schakel.

Slide 7 - Slide

Voedselketen wad

Elke voedselketen begint met een plantensoort (of alg).

Slide 8 - Slide

Let op:

een voedselketen of voedselweb begint altijd met een plant!

Slide 9 - Slide

Voedselweb

Binnen een ecosysteem is er nooit maar 1 voedselketen, alle voedselketens samen vormen een voedselweb/ voedselketen).

Er zijn dieren die zowel plant als dier eten die noemen we alleseters

Slide 10 - Slide

Voedselweb= meerdere voedselketens door elkaar

Slide 11 - Slide

Producenten

= planten

planten: produceren voedsel voor mens en dier.

Planten produceren voedsel door fotosynthese.

Slide 12 - Slide

consumenten 1ste orde= planteneters

Dieren

Slide 13 - Slide

Consumenten 2e orde= vleeseters

Slide 14 - Slide

Reducenten /Afvaleters= eten dode resten van planten en dieren

ook bacteriën en schimmels

Slide 15 - Slide

Reducenten = bacterien

schimmels

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Video

Slide 18 - Slide

Afval

Slide 19 - Slide

Afbreekbaar

Biologisch afbreekbaar afval van planten en dieren, afgebroken door reducenten
Niet-biologisch afbreekbaar afval van kunststof, glas, metaal, steen

Slide 20 - Slide

Biologisch afbreekbaar afval

Afval dat wordt afgebroken door bacterien en schimmels

Biologisch afbreekbaar

afval dat door reducenten (schimmels en bacteriën) kan worden afgebroken

Slide 21 - Slide

Niet biologisch afbreekbaar afval

Afval dat niet door bacterien en schimmels wordt afgebroken.

Niet biologisch afbreekbaar

afval dat NIET door reducenten (schimmels en bacteriën) kan worden afgebroken

Slide 22 - Slide

Slide 23 - Slide

Afval scheiden

Slide 24 - Slide

Welke soorten afval
kun je scheiden?

Slide 25 - Mind map

Slide 26 - Video

Slide 27 - Video

Slide 28 - Video

Maak een voedselweb bij de video over de eikenprocessierups. (blz 196)

Slide 29 - Open question

Opdracht

Lees blz 189 en 192 eerst goed door voordat je met je opdrachten begint.

Zie Planning

Slide 30 - Slide