Brandaan Thema 4 Quiz groep 7
1 / 36
Lesson duration is: 25 minItems in this lesson
Slide 1 - Slide
Thema 4
Slide 2 - Mind map
Slide 3 - Video
Floris V was ....
A
een paus
B
een ridder
C
een koning
D
een graaf
Slide 4 - Quiz
Floris V was graaf van....
A
Holland
B
Zeeland
Slide 5 - Quiz
vrienden van Floris V
vijanden van Floris V
boeren
edelen
poorters
Slide 6 - Drag question
Hoe werden misdadigers gestraft?
A
aan een schandpaal
B
in de gevangenis
C
verbannen
D
gevoerd aan de leeuwen
Slide 7 - Quiz
Slide 8 - Slide
De gilde hielpen alle armen in de stad.
A
waar
B
niet waar
Slide 9 - Quiz
De gilde bepaalde de prijzen van producten.
A
waar
B
niet waar
Slide 10 - Quiz
De gilde controleerde de kwaliteit van de producten die de leden van de gilde verkochten.
A
waar
B
niet waar
Slide 11 - Quiz
De gilde zorgden voor alle zieken in de stad.
A
waar
B
niet waar
Slide 12 - Quiz
De gilde zorgden voor de opleiding van leerling tot meester.
A
waar
B
niet waar
Slide 13 - Quiz
stadsmuur
gracht
poort
kerk
Slide 14 - Drag question
Slide 15 - Slide
De landsheer benoemde de ....
A
gildemeester
B
schout
Slide 16 - Quiz
Hij bestuurde de stad samen met ....
A
de ambachtslieden
B
schepenen
Slide 17 - Quiz
Die werden gekozen door de .....
A
poorters
B
gildeleden
Slide 18 - Quiz
...... is een heilige stad voor joden, christenen en moslims.
A
Istanboel
B
Berlijn
C
Amsterdam
D
Jeruzalem
Slide 19 - Quiz
Slide 20 - Slide
Een vereniging van mensen met hetzelfde beroep in de middeleeuwen.
A
de poorter
B
de schepen
C
de schout
D
het gilde
Slide 21 - Quiz
Een inwoner van een stad.
A
de poorter
B
de schepen
C
de schout
D
het gilde
Slide 22 - Quiz
In vroegere tijden het hoofd van de rechtbank en de politie.
A
de poorter
B
de schepen
C
de schout
D
het gilde
Slide 23 - Quiz
Een rijke burger die de stad bestuurde met onder andere de schout.
A
de poorter
B
de schepen
C
de schout
D
het gilde
Slide 24 - Quiz
Iemand die klaar is met zijn opleiding en lid kan worden van een gilde.
A
de leerling
B
de meester
C
de gezel
D
de pelgrim
Slide 25 - Quiz
Iemand die naar een heilige plaats reist om daar te bidden.
A
de leerling
B
de meester
C
de gezel
D
de pelgrim
Slide 26 - Quiz
Iemand in opleiding bij een gildemeester. Hij kreeg niet betaald voor zijn werk.
A
de leerling
B
de meester
C
de gezel
D
de pelgrim
Slide 27 - Quiz
Iemand die al een tijd bezig was aan zijn opleiding bij een gildemeester. Hij kreeg betaald voor zijn werk.
A
de leerling
B
de meester
C
de gezel
D
de pelgrim
Slide 28 - Quiz
Wat is een kruisvaarder?
A
iemand die naar Jaruzalem trok om de heilige stad te bidden
B
iemand die naar Jeruzalem trok om de heilige stad te veroveren
C
iemand die naar Rome trok om de heilige stad te veroveren
D
iemand die naar Rome trok om in de heilige stad te bidden
Slide 29 - Quiz
1
2
3
4
Een christelijk leger trekt naar Jeruzalem.
Christelijke pelgrims mogen de stad niet meer in.
De paus roept op tot een kruistocht.
De Turken veroveren Jeruzalem.
Slide 30 - Drag question
Hoe kun je weten wanneer een kerk gebouwd is?
A
door de bouwstijl te bestuderen
B
door de stadsregels in de tijd te plaatsen
C
door de bedevaartsoorden aan geloven te koppelen
Slide 31 - Quiz
Welke stijl?
A
gotisch
B
romaans
Slide 32 - Quiz
Welke stijl?
A
gotisch
B
romaans
Slide 33 - Quiz
Welke stijl?
A
gotisch
B
romaans
Slide 34 - Quiz
Welke stijl?
A
gotisch
B
romaans
Slide 35 - Quiz
Wat moet jij nog oefenen en leren?
