Quiz Duits

Duits quiz
Die letzte Deutschstunde von Frau Oruc!
1 / 27
next
Slide 1: Slide
DuitsMiddelbare schoolvmbo k, havoLeerjaar 3

This lesson contains 27 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Duits quiz
Die letzte Deutschstunde von Frau Oruc!

Slide 1 - Slide

Duits, wat weet je na 1 jaar?
Wie heeft de meeste Duits kennis?

Er volgen nu een aantal vragen...

Slide 2 - Slide

Wat is in het Duits: "Hoe gaat het met je?"
A
Wie geht es du?
B
Wie geht es dir?
C
Wie geht es dich?

Slide 3 - Quiz

Heeft Duitsland een koning of koningin?
A
Ja!
B
Nein!

Slide 4 - Quiz

Waar staat dit bekende Stadion?
A
Berlin
B
München
C
Köln

Slide 5 - Quiz

Hoe heet dit bekende gebouw?
A
Berliner Dom
B
der Reichstag
C
Brandenburger Tor

Slide 6 - Quiz

Richtig oder falsch?
De maanden worden in het Duits met een Hoofdletter geschreven.
A
richtig
B
falsch

Slide 7 - Quiz

richtig oder falsch? "die-woorden" noemen we onzijdig.
A
richtig
B
falsch

Slide 8 - Quiz

Wat zegt Frau Oruc heel vaak tijdens de les?

Slide 9 - Open question

Maak het ezelsbruggetje af:
D'tje t'tje extra .....?

Slide 10 - Open question

Wat is de juiste vorm?
Wir .... (tanzen) in der Schule.
A
tanze
B
tanzt
C
tanzen
D
tanzst

Slide 11 - Quiz

Wat zijn de kleuren van de Duitse vlag (van boven naar beneden)?
A
zwart-rood-geel
B
rood-zwart-geel
C
geel-zwart-rood

Slide 12 - Quiz

Wie spät ist es?
A
Es ist Viertel vor fünf.
B
Es ist Viertel vor vier.
C
Es ist fast vier Uhr.
D
Es ist Viertel nach vier.

Slide 13 - Quiz

Er komt nu een sleepvraag..

Wat is de vertaling van de vraagwoorden? 

Slide 14 - Slide

hoe
waarom
waar
wanneer
wat
waarheen
wie
woher
warum
wo
wann
wer
wohin
was
wie
waarvandaan

Slide 15 - Drag question

Het Duitse voetbalteam wordt .. genoemd.
A
die Fußballspieler
B
die Mannschaft

Slide 16 - Quiz

Welke automerken komen uit Duitsland?
A
Audi, BMW, Porsche
B
Audi, Porsche, Renault
C
Volkswagen, BMW, Fiat

Slide 17 - Quiz

Wie zie je op de achtergrond?
A
Steffi Graf
B
Angela Merkel
C
Claudia Pechstein
D
Helene Fischer

Slide 18 - Quiz

Hoeveel "Bundesländer" heeft Duitsland?
Tekst
A
12
B
14
C
16
D
10

Slide 19 - Quiz

Welke woorden schrijf je in het Duits met een Hoofdletter?
A
werkwoorden
B
bijvoeglijke naamwoorden
C
zelfstandige naamwoorden
D
bijwoorden

Slide 20 - Quiz

In welke maand start het "Oktoberfest"?

Slide 21 - Open question

Er komt nu een sleepvraag..
Hoe heten de feestdagen in het Duits?

Slide 22 - Slide

Pasen
Pinksteren
Kerst
Oud en nieuw
Pfingsten
Ostern
Weihnachten
Silvester

Slide 23 - Drag question

Nu nog een paar bonusvragen...

Slide 24 - Slide

Waar woont mevrouw Oruc?
A
Rotterdam
B
Barendrecht
C
Zwijndrecht
D
Dordrecht

Slide 25 - Quiz

Wie gaat ze het meeste missen?
A
Niemand!
B
Iedereen!

Slide 26 - Quiz

Ik wens jullie nog heel veel succes het komende jaar!
Zet hem op! En veel plezier!
Viel Erfolg und natürlich viel Spaß!!!!

Slide 27 - Slide