Bron F chapitre 2 lire 1HV 14/15 januari 2025

• Frans
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 3

Bonjour B1q

Quel est le jour d'aujourd'hui?

Aujourd'hui, c'est .........

Quelle est la date d'aujourd'hui?

Aujourd'hui, c'est le .......... janvier.

Bonjour B1q

Aujourd'hui c'est vendredi

Aujourd'hui, c'est le 15 janvier.

Qu'est-ce qu'on va faire aujourd'hui?

• Wat? herhaling Bron H en jullie maken bron F - lire
  
• Hoe? klassikaal en individueel 
• Tijd? 40 minuten
• klaar? leren vocabulaire E + F of maak een woordzoeker met de woorden
• Lesdoel?

Aan het eind van de les:

- Kun je informatie halen uit een tekst over winkelen

- weet je hoe je het onderwerp van een tekst vindt

- heb je de ontkenning en de getallen herhaald

Les nombres de 20-100

Schrijf de getallen op je wisbord. We oefenen er 5.

vingt-sept

quarante-huit

soixante-cinq

quatre-vingt-six

cinquante-neuf

révise ontkenning

Welke twee woorden heb je nodig om in het Frans een ontkennende zin te maken?

Je hebt de woordjes ne ........ pas nodig om in het Frans een ontkenning te maken. Wat moet er op de stippellijntjes komen te staan?

Maak deze zin ontkennend. Schrijf de zin op je wisbord en laat het zien.
"Nous regardons la télévision"

Tu écoutes la musique.

Elle déteste la viande.

C'est cher.

                      Aan de slag met de tekst

• Jullie werken in groepjes
• Ieder groepje leest dezelfde tekst (bron : blz. 81)
• De eerste 4 minuten is het de bedoeling dat iedereen de tekst zelfstandig en in stilte leest. Gebruik de woordenlijst op blz. 93 en woorden in het blauwe blokje.
• Na 4 minuten gaan jullie de tekst bespreken in groepjes en maken jullie vervolgens de vragen die bij de tekst horen.
• Maar eerst .....

                      Aan de slag met de tekst

• Jullie werken in groepjes
• Ieder groepje leest dezelfde tekst (bron : blz. 81)
• De eerste 4 minuten is het de bedoeling dat iedereen de tekst zelfstandig en in stilte leest. Gebruik de woordenlijst op blz. 93 en woorden in het blauwe blokje.
• Na 4 minuten gaan jullie de tekst bespreken in groepjes en maken jullie vervolgens de vragen die bij de tekst horen.
• Maar eerst .....

De tekst bespreken

- één van jullie vat de tekst kort samen

- vul elkaar aan

- bedenk eens welke vragen je over deze tekst zou kunnen krijgen?

Les exercices

Vous faites les exercices 23, 24b, 24c, 24d -> p.80-81-82

Na 10 minuten kijken we de opdrachten na

Klaar? leer vocabulaire E +F