Zwakke en sterke werkwoorden
Sterke werkwoorden veranderen van klank (ze
zijn zo sterk dat ze kunnen veranderen).
Zwakke werkwoorden niet > T KoFSCHip X
Voorbeeld:
Ik fiets --> ik fietste Welke van de 2 is dus een sterk ww?
Ik loop --> ik liep Hoe kun je dat zien?