This lesson contains 26 slides, with interactive quizzes, text slides and 4 videos.
Lesson duration is: 50 min
Items in this lesson
Herhaling
Slide 1 - Slide
Versnippering leidt binnen populaties tot...
A
Meer genetische diversiteit
B
Minder genetische diversiteit
C
Inteelt
D
herintroductie
Slide 2 - Quiz
Invloeden op de populatiegrootte
Voedselrelaties
Parasitisme
Ziekte
Concurrentie
Geboorte
Sterfte
Migratie
Slide 3 - Slide
Populatiegrootte
Slide 4 - Slide
20 kikkers gevangen in een vijver en gemerkt. Terugvangen van 24 kikkers levert 15 gemerkte kikkers op. Hoe groot wordt de populatie geschat?
A
30
B
120
C
32
D
5
Slide 5 - Quiz
Katten die gevangen en gemerkt worden laten zich moeilijker terugvangen. Wordt de populatie dan toch goed geschat of te klein of te groot?
A
goed
B
te klein
C
te groot
Slide 6 - Quiz
Als het aantal roofdieren afneemt, zal de populatiegrootte van de prooidieren...
A
Afnemen
B
Toenemen
Slide 7 - Quiz
abiotisch biotisch
Slide 8 - Slide
Populatie
Grootte van een populatie is afhankelijk van abiotische en biotische factoren.
biotisch
predatie
voedsel
concurrentie
a-biotisch
bosbrand
strenge vorst
droogte
Slide 9 - Slide
Slide 10 - Slide
Is het tolerantiegebied van een organisme een biotische factor of een abiotische factor?
A
Biotische factor
B
Abiotische factor
Slide 11 - Quiz
Wat betekent het voor een vis als de temperatuur onder zijn tolerantiegebied komt?
A
hij gaat meteen dood
B
hij kan niet meer voortplanten
C
hij gaat na een tijdje dood
D
hij heeft geen zin meer in biologie
Slide 12 - Quiz
Ecosysteem/ habitat/ niche
De niche in het overlappende
deel van de habitat bepaalt
of de soorten elkaar kunnen
beïnvloeden.
Overlapt de niche dan is sprake
van concurrentie.
Verschillende habitats in een ecosysteem
Slide 13 - Slide
Niche = de rol die een organisme speelt in een ecosysteem.
Door verschillen in niche kunnen verschillende soorten samenleven in dezelfde habitat.
Slide 14 - Slide
Verschil habitat - niche
habitat is het "adres"
niche het "beroep"
Slide 15 - Slide
Slide 16 - Video
Slide 17 - Video
Tolerantiegrenzen verschuiven door adaptatie
Slide 18 - Slide
Wat is de niche van een valk?
A
Toppredator
B
Prooi
C
Predator van kleine diertjes en insecten
D
Afvaleter (detritivoor)
Slide 19 - Quiz
Wat is de niche van een stadsduif?
A
Toppredator
B
Prooidier
C
Predator van kleine diertjes en insecten
D
Afvaleter (detritivoor)
Slide 20 - Quiz
Slide 21 - Video
Geef je antwoord op de volgende slide
Slide 22 - Slide
Geef hier je antwoord van de vorige slide
A
A
B
B
C
C
D
D
Slide 23 - Quiz
Op de X-as van deze grafiek wordt de vochtigheid van de grond weergeven. Op de Y-as zie je de overlevingskansen van de verschillende planten soorten a, b, c en d
Welke van de uitspraken is niet waar.
A
Binnen de tolerantie grenzen van c komen soort d en b ook voor.
B
Soort b heeft een grotere tolerantiegrens en is daarom beter bestand tegen schommelingen
C
Soort a en c komen niet naast elkaar voor in een gebied.
D
Bij de optimum waarde van a kunnen soorten b, c en d niet overleven.