1.3 Zuivere stoffen en mengsels

1.3 Zuivere stoffen en mengsels
NaSk 
1 / 18
next
Slide 1: Slide
ScheikundeMiddelbare schoolvmbo t, mavoLeerjaar 3

This lesson contains 18 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

1.3 Zuivere stoffen en mengsels
NaSk 

Slide 1 - Slide

Leerdoelen van deze les
  • Goed het verschil tussen een zuivere stof en een mengsel kunnen uitleggen.
  • Aan de hand van een stoldiagram of smeltdiagram kunnen herkennen of je te maken hebt met een zuivere stof of mengsel.

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Video

Een smeltdiagram

Slide 4 - Slide

Een zuivere stof heeft een smelttraject
A
Nee
B
Ja
C
Soms
D
Geen idee

Slide 5 - Quiz

Een zuivere stof heeft een
A
kookpunt
B
Kooktraject

Slide 6 - Quiz

Een zuivere stof is
A
Een stof die uit 1 molecuul bestaat
B
Een stof die uit meer moleculen bestaat
C
Een

Slide 7 - Quiz

Zuivere stof of mengsel?
A
Zuivere stof
B
Mengsel

Slide 8 - Quiz

Mengsel of
zuivere stof?
A
mengsel
B
zuivere stof
C
niet te zeggen

Slide 9 - Quiz

Zuivere stof of mengsel?
A
a: mengsel b: zuivere stof c: mengsel
B
a: zuivere stof b: zuivere stof c: mengsel
C
a: mengsel b: mengsel c: mengsel
D
a: zuivere stof b: zuivere stof c: zuivere stof

Slide 10 - Quiz

Welke is een zuivere stof?
A
Links + rechts
B
Midden
C
Enkel links
D
Links + midden

Slide 11 - Quiz

Faseveranderingen 1 en 4 zijn
A
verdampen en stollen
B
condenseren en vervluchtigen
C
stollen en sublimeren
D
condenseren en stollen

Slide 12 - Quiz

Faseveranderingen 3 en 6 zijn
A
stollen en rijpen
B
smelten en (vervluchtigen) sublimeren
C
rijpen en verdampen
D
condenseren en stollen

Slide 13 - Quiz

Welke fase heeft regen?
A
Vast
B
Vloeibaar
C
Gas

Slide 14 - Quiz

Hoe heet de fasenovergang van vast naar gas?
A
smelten
B
stollen
C
rijpen
D
sublimeren

Slide 15 - Quiz

Een faseovergang is wanneer een stof van de ene fase naar de andere fase gaat dmv afkoelen of verwarmen
A
Juist
B
Onjuist
C
geen idee

Slide 16 - Quiz

Wat is de definitie van een mengsel? Een mengsel...
A
bestaat uit een soort moleculen.
B
bestaat uit meerdere soorten moleculen.
C
bestaat uit meerdere moleculen.
D
bestaat uit meerdere soorten atomen

Slide 17 - Quiz

Een mengsel heeft een
A
smelttraject
B
smeltpunt

Slide 18 - Quiz