Voorbereiding leesvaardigheid 5

Lezen
1 / 21
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

This lesson contains 21 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Lezen

Slide 1 - Slide

Onderdelen
Onderwerp en hoofdgedachte 
Standpunt - feiten, meningen
Functies van alinea's 
Samenvatten (kernzin) - hoeft niet in pww
tekstverbanden 
tekstvormen 
vragen beantwoorden (formuleren)


Slide 2 - Slide

Onderwerp en hoofdgedachte
Onderwerp: Één of enkele woorden. Waar gaat de tekst over? 
(Ajax, social media, vluchtelingenkampen op Lesbos, vakanties buiten Europa)
Hoofdgedachte: wat is het belangrijkste wat er over het onderwerp gezegd wordt? (In één zin.)

GEEN VRAAG! OF: DEZE TEKST GAAT OVER VOETBAL!
Woordgroep: een of enkele woorden die bij elkaar horen. (Let op in de toets, geen hele zin.)

Slide 3 - Slide

Standpunt, feit, mening. 
Standpunt:  Een standpunt is een mening. Je bent het ermee eens, of niet (of je hebt geen mening).
Alle mensen moeten zich verplicht laten vaccineren. 
Het 2g beleid is geen goed beleid.
De scholen moeten open blijven.
Straatnamen die verwijzen naar een slavernijverleden moeten worden veranderd. 

Slide 4 - Slide

Waar vind je een standpunt?
Meestal: de titel, kop en de inleiding, eerste alinea. 

Slide 5 - Slide

Argumenten
Argument: Met argumenten kun je uitleggen waarom je het met een standpunt eens bent, of niet. De argumenten onderbouwen het standpunt. 
Tegenargument: Met tegenargumenten probeer je argumenten en daarmee een standpunt te ontkrachten. Als je de tegenargumenten kunt ontkrachten, staat jouw standpunt juist sterker. (Weerleggen.)


Slide 6 - Slide

Voorbeeld
Iedereen moet zich verplicht laten vaccineren (standpunt), omdat:
- we alleen zo corona onder controle krijgen. (argument) Uit onderzoek blijkt dat als je gevaccineerd bent je 85% minder kans hebt om corona te krijgen en te verspreiden. 
- Pas bij een vaccinatiegraad van 90% heeft een vaccin zin (argument), onder dat percentage blijft de ziekte bestaan.
- Er zijn natuurlijk mensen die het niet willen omdat je er onvruchtbaar van zou worden (tegenargument) dat is niet waar (weerlegging) uit onderzoek blijkt dat ook vrouwen die gevaccineerd zijn gewoon zwanger worden.

Slide 7 - Slide

Regeerakkoord II | Dat wordt weer klappen... voor hen die zorg verlaten
Als het de afgelopen periode duidelijk is geworden waar de salarissen dienen te worden aangepast, dan is het wel in de verzorging. Deze mensen in de ziekenhuizen, verzorgingshuizen en thuiszorg verdienen het echt. Het nieuwe kabinet heeft er de komende jaren geen geld voor over, integendeel. Het wordt klappen bij de uitgang voor de mensen die de zorg verlaten.

E. Schutte, Hendrik Ido Ambacht.

Slide 8 - Slide

Ow, hg, standpunt

Slide 9 - Open question

Antwoord
OW: salarissen in de zorg
HG: het regeerakkoord gaat geen geld uitgeven aan hogere salarissen in  de zorg en dat is een schande, juist de zorg verdient het. 
Standpunt: Het kabinet moet de salarissen in de zorg verhogen. 

Slide 10 - Slide

Verjaardagsfeest Amalia | Dit is een gemiste kans
‘Koning: excuus voor feest jarige Amalia’ (AD 16-12). Ondanks de mooie woorden van Amalia bij de Raad van State blijkt dat feeling met het volk (nog) ontbreekt. Ze vierde toch haar verjaardag met vrienden, ondanks de huidige coronaregels. Meer tieners worden 18 en kunnen ook niet feesten. Amalia zou een voorbeeld voor andere achttienjarigen moeten zijn.  Een valse start en een gemiste kans. Jammer.



Slide 11 - Slide

Ow, hoofdgedachte, standpunt

Slide 12 - Open question

OW: 18e verjaardag Amalia
HG: Amalia had, ivm de coronaregels, haar achttiende verjaardag niet met vrienden mogen vieren. (Ze zou een voorbeeld moeten zijn.)
Standpunt schrijver: Amalia had zich aan de coronaregels moeten houden, ook op haar achttiende verjaardagsfeest. 

Slide 13 - Slide

Functies van alinea's
Een alinea schrijf je niet zomaar. Door middel van een alinea krijgt de lezer bepaalde informatie. Elke alinea is nuttig, hij heeft een bepaalde functie in de tekst als geheel.

Een alinea kan verschillende functies hebben.

Kijk mee naar de toolbox. 

Slide 14 - Slide

Voorbeeld
(reden) Ik vind het leuk om te lezen omdat ik dan in een fantasiewereld terecht kom.
Daarnaast kan ik me door het lezen steeds beter verplaatsen in anderen.  (opsomming)

Oefen met functies in de opdracht.

Slide 15 - Slide

Tekstvormen
Een tekst heeft een bepaalde vorm. 
Bijv: recensie, artikel, column, flyer. 

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Slide

Kernzin
De zin waar de belangrijkste informatie in staat. Geen voorbeeld of uitleg. 
Meestal de eerste zin. Soms de tweede of laatste. 

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Video

Samenvatten
- bekijk het tekstgeraamte
- markeer kernzinnen. Waar vind je die?
- schrijf iets in de kantlijn. Bijv: oorzaak, gevolg, info, mening.
- wat is de hoofdgedachte? Die is belangrijk.
- schrijf de belangrijke kernzinnen onder elkaar en voeg samen tot een lopend verhaal. 
- Probeer alinea's samen te vatten tot één zin. 

Slide 20 - Slide

Nu zelf aan de slag
Maak: googleform over functiewoorden
googleform oefentoets 


Slide 21 - Slide