Koude lucht kan minder waterdamp bevatten dan warme lucht.
Slide 28 - Slide
Slide 29 - Slide
Slide 30 - Slide
Slide 31 - Slide
Slide 32 - Slide
2 Twee leerlingen doen een uitspraak over luchtdruk. Uitspraak 1: hoe dichter de isobaren bij elkaar liggen, hoe zwakker de wind is die daar waait. Uitspraak 2: in hogedrukgebieden stijgt de lucht op en is de kans op neerslag groot. Wat is juist?