De leerlingen nemen steeds 8,0 gram zink. Bij 1,0 gram zuurstof zie je dat er meer vaste stof is gekomen, er is een beetje zinkoxide (s) ontstaan.
In dit punt is er nog zink over maar de 1,0 gram zuurstof reageert op. Bij de knik reageren 8,0 gram zink en 2,0 gram zuurstof precies helemaal op. Er ontstaat 10,0 gram zinkoxide.