This lesson contains 26 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.
Lesson duration is: 45 min
Items in this lesson
11.3 De ogen
Slide 1 - Slide
Terugblikvragen
Uitleg De ogen
vragen
Slide 2 - Slide
vragen op je scherm over de leerstof
Slide 3 - Slide
Een prikkel is......?
A
Informatie uit je omgeving
B
Een zintuig
C
Een impuls
D
Een signaal
Slide 4 - Quiz
Schuif naar
de juiste plek
Hersenen
Ruggenmerg
Centrale zenuwstelsel
Zenuwstelsel
Zenuwen
Slide 5 - Drag question
Lagen van de huid
Opperhuid
lederhuid
Onderhuids bindweefsel
Slide 6 - Drag question
In welke laag van de huid vind je de zweetklieren?
A
Opperhuid
B
Lederhuid
C
Onderhuids bindweefsel
D
Kiemlaag
Slide 7 - Quiz
Zweetklieren maken zweet. Wat is de functie van zweet?
A
Nat houden van de huid
B
Soepel houden van de huid
C
Afkoeling van de huid
D
Heel veel zweten
Slide 8 - Quiz
11.3 ogen
Slide 9 - Slide
Slide 10 - Slide
Bouw van het oog
Wenkbrauwen: bescherming tegen zweet/vocht. Wimpers: bescherming tegen vuil/fel licht. Traanklier: maakt traanvocht
Traanvocht: zorgt ervoor dat je ogen niet uitdrogen
Ooglid: verspreidt traanvocht over de ogen
Traanbuis: brengen traanvocht naar de neusholte
Slide 11 - Slide
Hoe worden je ogen beschermd?
1: wenkbrauwen, oogleden, wimpers
2: traanklier
3: oogkassen
Slide 12 - Slide
wenkbrauw
traanklier
traanbuis
pupil
wimper
iris
ooglid
harde oogvlies
Slide 13 - Drag question
Buitenkant van het oog
Harde oogvlies: het witte deel, beschermt de binnenkant van het oog Iris: gekleurde deel van het oog, beschermt het oog tegen te veel licht Pupil: zwarte rondje in de iris, hier komt het licht binnen Hoornvlies: doorzichtig laagje, beschermt de iris
Slide 14 - Slide
Slide 15 - Slide
Binnenkant van het oog
Lens: zorgt ervoor dat je dingen scherp kan zien (beeld scherp op netvlies plaatsen) Glasachtig lichaam: geleiachtige vloeistof, houdt alles op zijn plek
Oogzenuw: vervoert impulsen naar de grote hersenen
Oogspieren: laten je oog draaien
Slide 16 - Slide
Slide 17 - Video
Binnenkant van het oog
Het oog bestaat uit 3 lagen:
Netvlies: binnenste laag met zintuigcellen die lich opvangen en impulsen maken
Vaatvlies: middelste laag met bloedvaten die zorgen voor de voeding/afvoer