Präsentation Grammatikregel

• Duits
• Middelbare school
• vmbo t, mavo, havo
• Leerjaar 3

Wie war das nochmal? 

die Präpositionen 

(voorzetsels)

Altijd 3e naamval!

aus	uit
bei	bij
mit	met
nach	naar (plaatsen)/na
seit	sinds
von	van
zu	te/naar (personen/gebouwen)

Altijd 4e naamval!

bis	tot
durch	door
für	voor
gegen	tegen
ohne	zonder
um	om

Der Stuhl steht auf dem Boden. (m)

1. 1e naamval
2. 2e naamval
3. 3e naamval
4. 4e naamval

Der Junge setzt sich auf den Stuhl. (m)

1. 1e naamval
2. 2e naamval
3. 3e naamval
4. 4e naamval

Die Wechselpräpositionen

De keuzevoorzetsels

9 nieuwe keuzevoorzetsels, schrijf op:

an	aan, op
auf	op
hinter	achter
in	in, naar
neben	naast
über	boven, over
unter	onder
vor	voor
Zwischen	tussen

Tijd geven om ze het te laten opschrijven en daarna pas vertellen wanneer je ze gebruikt.
2 dingen te gelijk is lastig.

Was sind die Wechselpräpositionen eigentlich?

Bij deze voorzetsels pas je de naamval aan de situatie aan: plaats of richting?

3e naamval: waar?    Der Stuhl steht auf dem Boden.   (Stilstand)

4e naamval: waarheen?   Der Junge setzt sich auf den Stuhl.  (Bewegung)

Eselsbrücke

4e naamval / 4 wielen

3e naamval / 3 wielen

Klappt es nicht mit der Eselsbrücke?

GEEN plaats, tijd of toestand? 

Dan krijgen auf en über de 4e naamval.

De andere voorzetsels krijgen de 3e naamval.

Warum lernen wir das eigentlich?

Die Maus steht vor
.... Tür (v)

Die Maus setzt sich hinter
.... Couch (v)

Die Maus steht auf
... Hocker

Die Maus versteckt sich
zwischen ... Büchern

Aufgabenstellung

Mache einen Comic mit lustigen Dialogen und versuche in jedem Bild eine Wechselpräposition zu verarbeiten.

De keuzevoorzetsels

an	aan, op
auf	op
hinter	achter
in	in, naar
neben	naast
über	boven, over
unter	onder
vor	voor
Zwischen	tussen

Tijd geven om ze het te laten opschrijven en daarna pas vertellen wanneer je ze gebruikt.
2 dingen te gelijk is lastig.

Wie fandest du den Unterricht?

😒🙁😐🙂😃