5.3 Actief op de arbeidsmarkt

Hoofdstuk 5
5.3 Actief op de arbeidsmarkt

Doel: Je leert hoe een arbeidsovereenkomst tot stand komt, welke dienstverbanden er mogelijk zijn en wat de wet regelt om de werknemer te beschermen. 
1 / 32
next
Slide 1: Slide
EconomieMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3

This lesson contains 32 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Hoofdstuk 5
5.3 Actief op de arbeidsmarkt

Doel: Je leert hoe een arbeidsovereenkomst tot stand komt, welke dienstverbanden er mogelijk zijn en wat de wet regelt om de werknemer te beschermen. 

Slide 1 - Slide

Programma

  • terugblik
  • instructie
  • zelfstandig werken
  • afsluiting


Slide 2 - Slide

opdracht 18, 19, 20, 22

Slide 3 - Slide

Je bent persoonlijk aansprakelijk bij een...
A
BV en VOF
B
Eenmanszaak en VOF
C
Eenmanszaak en BV

Slide 4 - Quiz

De eenmanszaak is een vennootschap
A
Juist
B
Niet juist

Slide 5 - Quiz

Welk van de vier is GEEN ondernemingsvorm?
A
Eenmanszaak
B
V.o.F
C
B.V.
D
A.P.

Slide 6 - Quiz

Bij welke ondernemingsvorm is de directeur in loondienst?
A
Eenmanszaak
B
VOF
C
CV
D
BV

Slide 7 - Quiz

Het voortbestaan van een eenmanszaak is afhankelijk van de eigenaar.
A
juist
B
onjuist

Slide 8 - Quiz

Welke van onderstaande bedrijven geeft aandelen uit?
A
NV
B
Eenmanszaak
C
CV
D
VOF

Slide 9 - Quiz

Hoe heet het register waar je de eenmanszaak moet inschrijven?
A
Verkoopregister
B
Kamer van Koophandel register
C
handelsregister
D
Belastingregister

Slide 10 - Quiz

Bij welke ondernemingsvorm wordt een bedrijf geleid door minimaal twee eigenaren die in geval van schulden aansprakelijk zijn met hun privévermogen?
A
NV
B
Eenmanszaak
C
CV
D
VOF

Slide 11 - Quiz

Jan Maan wil een onderneming oprichten. Welke rechtsvorm kan hij dan het beste kiezen indien hij let op zijn aansprakelijkheid.
A
Eenmanszaak
B
Vennootschap onder firma
C
Besloten vennootschap

Slide 12 - Quiz

ZZP betekent
A
Zelfstandige Zonder Plan
B
Zelfstandige Zonder Personeel
C
Zelfstandige Zonder Prijs
D
Zelfstandige Zonder Producten

Slide 13 - Quiz

Wat is het grootste voordeel van arbeidsverdeling?
A
door taken te verdelen wordt het nooit saai
B
door taken te verdelen heb je een planner nodig
C
door taken te verdelen kun je meer mensen in dienst nemen
D
door taken te verdelen kun je sneller en beter produceren

Slide 14 - Quiz

tot welke arbeidssector hoort
de Efteling
A
primaire sector
B
tertiaire sector
C
secundaire sector
D
quartaire sector

Slide 15 - Quiz

Is dit de primaire, secundaire, tertiaire of quartaire sector?
De Kookwinkel
A
Primaire sector
B
Secundaire sector
C
Tertiaire sector
D
Quartaire sector

Slide 16 - Quiz

Is dit de primaire, secundaire, tertiaire of quartaire sector?
Kaasfabriek Gouda
A
Primaire sector
B
Secundaire sector
C
Tertiaire sector
D
Quartaire sector

Slide 17 - Quiz

Is dit de primaire, secundaire, tertiaire of quartaire sector?
Champignonboer
A
Primaire sector
B
Secundaire sector
C
Tertiaire sector
D
Quartaire sector

Slide 18 - Quiz

Welke van de vier productiefactoren zie je op de achtergrond?
A
primaire sector
B
secundaire sector
C
tertiaire sector
D
quartaire sector

Slide 19 - Quiz

Welke van de vier productiesectoren zie je op de achtergrond?
A
primaire sector
B
secundaire sector
C
tertiaire sector
D
quartaire sector

Slide 20 - Quiz

Welke van de vier productiesector zie je op de achtergrond?
A
primaire sector
B
secundaire sector
C
tertiaire sector
D
quartaire sector

Slide 21 - Quiz

Welke van de vier productiesector zie je op de achtergrond?
A
primaire sector
B
secundaire sector
C
tertiaire sector
D
quartaire sector

Slide 22 - Quiz

Slide 23 - Slide

Slide 24 - Slide

Slide 25 - Slide

Slide 26 - Slide

Slide 27 - Slide

Slide 28 - Slide

Slide 29 - Slide

Slide 30 - Slide

Slide 31 - Slide

Slide 32 - Slide