9. Voorbereiding PO - samenvatting

• Bedrijfseconomie
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 3

Voorbereiding PO

Samenvatting afgelopen weken

Planning

1. Leerdoelen
2. Herhaling afgelopen vorig schooljaar - vragen
3. Wat gaan we doen bij het PO?
4. Extra uitleg
5. Leerdoelen

Leerdoelen

Ik kan vragen beantwoorden over de stof van afgelopen weken.

Ik weet welke informatie ik nodig heb voor het PO.

Ik kan aangeven waar ik nog extra uitleg of oefening voor nodig heb.

Er zijn 8600 zitplaatsen,

62,5 % is bezet.

Hoeveel plaatsen zijn bezet?

Rekenen met procenten

Er zijn 8600 zitplaatsen. 62,5% is bezet.
Hoeveel plaatsen zijn er bezet?

100 %

8600 plaatsen

1 %

62,5%

X

Het antwoord

Een winkel verkoopt een product met 15% korting. Als de originele prijs €60 is, wat is dan de prijs met korting?

1. €51
2. €54
3. €45
4. €58

Hoeveel % korting krijg je op Biodermal?

1. 33%
2. 20%
3. 50%
4. 100%

Tom gaat uit eten. Normaal betaalt hij voor het menu 90 euro.
Met zijn kortingscode krijgt hij 30% korting.
Hoeveel procent van de prijs betaalt Tom?

1. 70%
2. 40%
3. 60%
4. 75%

Welke sociale zekerheid ontvang je als je werkloos bent?

1. AOW
2. WW
3. WIA
4. ZW

Sociale zekerheid voor jongeren:
Het zusje van Rian is 14 jaar. Zij krijgt:

1. Kinderbijslag
2. Wajong-uitkering
3. Bijstand
4. Studiefinanciering

Bart is lui, maar heeft rijke ouders die dagelijks betalen voor huiswerkbegeleiding. Hierdoor haalt hij toch voldoendes.

1. Kansarm
2. Kansrijk

Souf zijn ouders spreken geen Nederlands, hierdoor heeft Souf moeite met Nederlands op school. Zijn ouders kunnen hem ook niet helpen.

1. Kansarm
2. Kansrijk

Wat heb je nodig voor het PO?

• Pen
• Rekenmachine
• Markeerstift
• Laptop 

Je maakt het PO alleen

Je krijgt 3 lessen om hier aan te werken

Deadline: 26 september in de economieles 

Wat komt er terug in het PO?

• Omrekenen week/jaar/maand of kwartaal
• Soorten inkomsten
• Soorten uitgaven
• Advies geven
• Filmpje maken 

Wat wordt lastig?

Soorten uitgaven

	Uitleg :
	Dagelijks
	vast moment, vast bedrag
	Grote bedragen

Soorten Uitgaven:
1. Dagelijkse uitgaven

2. Vaste lasten

3. Incidentele uitgaven

Kiki verdient € 250 per week. Hoeveel is dat per maand?
Schrijf je berekening op.

Inkomsten uit arbeid

Inkomsten uit bezit

Overdrachts-

inkomsten

zakgeld

Salaris

Auto van de zaak

Huuropbrengst

Rente over spaarrekening

WW-uitkering

Bijstand

Loon

Vakantiegeld van werk

Verjaardagsgeld

Vaste Lasten

Huishoudelijke Uitgaven

Incidentele Uitgaven

Een netflix-abonnement
kost per maand € 13,99.
Hoeveel is dat per week?

1. € 3,23
2. € 3,50
3. € 167,88

Pim krijgt elke week € 2,50 van zijn ouders om een broodje te kopen. Hoeveel is dat per maand?
Schrijf je berekening op.

Leerdoelen

Ik kan vragen beantwoorden over de stof van afgelopen weken.

Ik weet welke informatie ik nodig heb voor het PO.

Ik kan aangeven waar ik nog extra uitleg of oefening voor nodig heb.