This lesson contains 14 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.
Lesson duration is: 45 min
Items in this lesson
Basisstof 1: organismen
H4
Thema 7
Ecologie
Slide 1 - Slide
Leerdoelen
Je kunt onderscheid maken tussen abiotische en biotische factoren
Je kunt uitleggen wat onder tolerantie wordt verstaan
Je kunt een tolerantiecurve interpreteren
Je kunt een tolerantiecurve opstellen
Slide 2 - Slide
Ecosystemen in beweging
Ecosysteem
Een (begrensd) gebied waarin sprake is van wisselwerking tussen organismen onderling en hun omgeving.
Omgevingsinvloeden
biotische factoren: levend/dood
abiotische factoren: levenloos
Slide 3 - Slide
0
Slide 4 - Video
Tolerantiecurve
Laat zien binnen welke grenzen van een abiotische factor kan overleven.
x-as: abiotische factor
y-as: overlevingskans / populatiegrootte
optimum
minimum
maximum
Slide 5 - Slide
Slide 6 - Slide
Leerdoelen
Je kunt onderscheid maken tussen abiotische en biotische factoren
Je kunt uitleggen wat onder tolerantie wordt verstaan
Je kunt een tolerantiecurve interpreteren
Je kunt een tolerantiecurve opstellen
Slide 7 - Slide
Hoe zat het ook alweer?
Sleep de volgende factoren naar het juiste vak.
Biotische factoren
Abiotische factoren
neerslag
predatie
ziekten
bodem
schaduw
concurrentie
samenwerking
Slide 8 - Drag question
Soorten zijn aangepast aan de heersende abiotische facoren, bijvoorbeeld de beschikbaarheid van water
Welke aanpassing hoort bij welke soort?
Saguaro cactus
(gewone) eikvaren
blad heeft geen huidmondjes
dunne/geen cuticula
plant slaat geen water op
klein wortelstelsel
Slide 9 - Drag question
Sleep de termen naar de juiste plaats in de tolerantiecurve en benoem de assen
minimum
optimum
maximum
abiotische factor
aantal individuen
Slide 10 - Drag question
Er is een verband tussen de tolerantie en het areaal van een soort.
Bekijk de afbeelding. Welke soort heeft het grootste areaal?
A
soort A
B
soort B
C
soort C
D
soort D
Slide 11 - Quiz
Hieronder tref je drie verschillende vossensoorten aan.
Sleep de soort naar het areaal wat bij die soort hoort.
Slide 12 - Drag question
3 verschillende soorten vossen
Gewone vos
komt in grote delen van het noordelijk halfrond voor, heeft een ruimte tolerantie voor temperatuur
Poolvos
Komt hoofdzakelijk voor boven de poolcirkel, verdraagt met name lagere temperaturen
Fennek (woestijnvos)
Komt alleen voor in het noorden van Afrika, aangepast aan hoge temperaturen
Slide 13 - Slide
Maak op papier een diagram waarin de tolerantiecurves zijn geschetst van de vos, poolvos en fennek voor de omgevingstemperatuur. TIP: Denk aan: wat staat er op welke as, hoe hoog wordt elke curve, hoe breed wordt elke curve. Maak een foto van je diagram en upload deze hier.