This lesson contains 17 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 50 min
Items in this lesson
H2D Frans week 38
Slide 1 - Slide
1HV1 Première leçon
Les objectifs :
* Je kunt een gesprek voeren over school in het Frans.
* Je herkent Franse woorden die te maken hebben met schoolvakken, dagen van de week, eten, vervoersmiddelen en eigenschappen.
Le programme : Apprendre:
Chapitre 0 Bron C
Faire: (=doen/ maken)
Maken ex. 9,10
Bonjour! Bienvenue à la semaine trente-huit!
Slide 2 - Slide
Qu'est-ce qu'on va faire?
Klassen koppelen aan lesson up
Répéter le cours dernier
Corriger ex. 3,4,5,6,
au travail ex. 10ac (d)
faire les devoirs: faire ex.9,10,Bron A p.48 dans le cahier
réflexion du cours
Slide 3 - Slide
Klascode lesson up
H3C yxwau
VP3B jlpeg
HA1D kregc
H2D sxlco
A3B atgxq
HA1C edvqi
Slide 4 - Slide
Répéter le cours dernier
Wat hebben we vorige keer ook alweer geleerd?
Het rad geeft de beurt!
Noem een Frans bijvoeglijk naamwoord.
Traduis la phrase : Tu as chanté une chanson?
Répond à la question: Tu as joué à la console?
timer
5:00
Slide 5 - Slide
Controler les devoirs
Afgelopen keer hebben jullie ex. 4,5,6 gemaakt. Deze ga je met een andere kleurpen nakijken aan de hand van de antwoorden die je kunt vinden in :
SharePoint CCS leerlingen / Lesmateriaal / CCS Vakgroep Frans / fa-h-2/ Antwoorden Boek A
timer
5:00
Slide 6 - Slide
Exercice 9 et 10
Prend ton livre.
A la page quatorze
On va faire exercice neuf.
Combine. (ezelsbruggetje)
On va faire exercice dix.
Écoute et choisis.
timer
10:00
Slide 7 - Slide
Les devoirs
Faire les devoirs:
Faire ex.10b p.15
Ecris les phrases dans ton cahier = schrijf de zinnen in je schrift (p.6 alleen het laatste blok les exercices de opdrachten)
Slide 8 - Slide
Réflexion du cours. (review van de les) -Wat heb je goed gedaan? -Waar heb je fouten gemaakt die niet nodig waren? -Wat vind je moeilijk/lastig? -Wat pak je een volgende keer anders aan?
Slide 9 - Open question
1HV1 Première leçon
Les objectifs :
* Je kunt een gesprek voeren over school in het Frans.
* Je herkent Franse woorden die te maken hebben met schoolvakken, dagen van de week, eten, vervoersmiddelen en eigenschappen.
Le programme : Apprendre:
Chapitre 0 Bron D
Faire: (=doen/ maken)
Maken ex. 11,12
Bonjour! Bienvenue à la semaine trente-huit!
Slide 10 - Slide
Qu'est-ce qu'on va faire?
Répéter le cours dernier
Corriger ex. 9,10 + p. 6 phrases dans le cahier
jeu "tu te lèves si..."
au travail ex. 10c, 12a
les devoirs: faire ex.11a,12b
réflexion du cours
Slide 11 - Slide
Répéter le cours dernier
Wat hebben we vorige keer ook alweer geleerd?
Het rad geeft de beurt!
Noem een Frans bijvoeglijk naamwoord.
Leg het ezelsbruggetje uit bij de reg. ww. -er
timer
5:00
Slide 12 - Slide
Controler les devoirs
Afgelopen keer hebben jullie ex. 9,10 gemaakt. Deze ga je met een andere kleurpen nakijken aan de hand van de antwoorden die je kunt vinden in :
SharePoint CCS leerlingen / Lesmateriaal / CCS Vakgroep Frans / fa-h-2/ Antwoorden Boek A
timer
5:00
Slide 13 - Slide
Tu te lèves si.....
timer
5:00
Slide 14 - Slide
Exercice 10c et 12a
Prend ton livre.
A la page quinze.
On va faire exercice dix.
A la page dix-sept.
On va faire exercice douze.
timer
10:00
Slide 15 - Slide
Les devoirs
Faire les devoirs:
Faire ex.11a, 12b p.16 - 17
Slide 16 - Slide
Réflexion du cours. (review van de les) -Wat heb je goed gedaan? -Waar heb je fouten gemaakt die niet nodig waren? -Wat vind je moeilijk/lastig? -Wat pak je een volgende keer anders aan?