Logistiek Quizz hst 4, 5 en 6

Logistiek Quizz hst 4, 5 en 6
ter voorbereiding op het PTA 
4,5 en 6
1 / 25
next
Slide 1: Slide
Economie & OndernemenMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 3

This lesson contains 25 slides, with interactive quizzes and text slide.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Logistiek Quizz hst 4, 5 en 6
ter voorbereiding op het PTA 
4,5 en 6

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

De meest niet-criminele derving ontstaat door menselijke fout, meestal als gevolg van 1 van de 5 O's. onoplettendheid, onachtzaamheid en onzorgvuldigheid. Welke twee mis je nog?
A
onwetendheid en ongeïnteresseerdheid
B
onwetendheid en onwettelijkheid
C
onwetendheid en ongelukkigheid
D
ongeïnteresseerdheid en ongelukkigheid

Slide 2 - Quiz

This item has no instructions

Bij producten die een houdbaarheid datum hebben gebruiken we het volgende voorraadsysteem
A
LIFO (last in first out)
B
FIFO (First in first out)

Slide 3 - Quiz

This item has no instructions

Er gelden afspraken over het gebruik van sleutels door medewerkers. Dit is een voorbeeld van
A
organisatorische maatregel
B
technische maatregel

Slide 4 - Quiz

This item has no instructions

Een kluis met een tijdslot. Dit is een voorbeeld van
A
organisatorische maatregel
B
technische maatregel

Slide 5 - Quiz

This item has no instructions

Wat is een ander woord voor een bestelling?
A
Offerte
B
Order
C
Verkoop
D
Klant

Slide 6 - Quiz

This item has no instructions

Waarvoor staat NAW in NAW-gegevens?
A
Noot, Aap en Wies
B
Naam, Geboortedatum en Woonplaats
C
Naam, Adres en Woonplaats
D
Naam, Adres en Woonsituatie

Slide 7 - Quiz

This item has no instructions

Je plaatst een bestelling bij bol.com. Beschrijf in het kort de goederenstroom van jouw bestelling.

Slide 8 - Open question

This item has no instructions

Mag je zelf weten in welke volgorde je de artikelen uit het magazijn haalt? Waarom wel of waarom niet?

Slide 9 - Open question

This item has no instructions

Schrijf de eerste 2 stappen van het orderverzamelen op.

Slide 10 - Open question

This item has no instructions

Orderverzamelen kan op veel verschillende manieren gebeuren. Welke verschillen zijn er tussen het verzamelen van grote artikelen en dat van kleine artikelen? Schrijf er 2 op.

Slide 11 - Open question

This item has no instructions

Maakt dit magazijn gebruik van een hoofdgangen-, tweegangen- of zijgangensysteem?
A
Hoofdgangensysteem
B
Tweegangensysteem
C
Zijgangensysteem

Slide 12 - Quiz

This item has no instructions

Welke manier van orderverzamelen zie je hier terug?
A
Eenzijdig verzamelen
B
Tweezijdig verzamelen

Slide 13 - Quiz

This item has no instructions

Waarom gaat de pakbon mee met een order?

Slide 14 - Open question

This item has no instructions

Welke gegevens moeten er op een verpakking staan om de order te verzenden?
A
Naam
B
NAW
C
Woonplaats
D
Artikelen

Slide 15 - Quiz

This item has no instructions

Wat is inventariseren?
A
Artikelen bestellen
B
Voorraad tellen of balansen
C
Nagaan wat je moet bestellen
D
Bedenken welke artikelen je wilt verkopen

Slide 16 - Quiz

This item has no instructions

Hoe noemen we het bijhouden welke artikelen binnenkomen en uitgaan?
A
Inventariseren
B
Balansen
C
Voorraadadministratie

Slide 17 - Quiz

This item has no instructions

Voorraad telefoons = 10
Verkocht = 5
In bestelling = 6
Hoe groot is de economische voorraad nu?
A
10
B
21
C
5
D
11

Slide 18 - Quiz

This item has no instructions

Economische voorraad =
A
Technische voorraad + besteld - verkochte
B
levertijd x dagafzet + gewenste voorraad
C
de werkelijke voorraad
D
de ijzeren voorraad

Slide 19 - Quiz

This item has no instructions

Voorraad en kosten. Welke kosten kennen we?
A
Rente, risico en bestelkosten
B
rente en huurkosten
C
rente, risico, ruimte en bestelkosten
D
Bestelkosten

Slide 20 - Quiz

This item has no instructions

Er zijn meer mobiels op voorraad dan wat de computer aangeeft. Waarvan is hier sprake?
A
De technische voorraad is kleiner dan de administratie voorraad
B
De technische voorraad is groter dan de administratie voorraad
C
De administratieve voorraad is groter dan de technische voorraad
D
De administratieve voorraad is kleiner dan de technische voorraad

Slide 21 - Quiz

This item has no instructions

Sabina en Ferhaan hebben een kleding winkel, Sheraan. De voorraadgegevens zijn:
1 januari: €200.000
31 december: €300.000
Hoe groot is de gemiddelde voorraad?
A
€200.000
B
€300.000
C
€250.000
D
€500.000

Slide 22 - Quiz

This item has no instructions

Op welke manieren kun je bestellen?

Slide 23 - Open question

Je kunt bestellen op de volgende manieren:
- bestelformulier
- order entrysyteem
- automatisch bestelsysteem
- website
Een ander woord voor de minimumvoorraad is:
A
Ijzeren voorraad
B
Werkelijke voorraad
C
Administratieve vooraad
D
Technische voorraad

Slide 24 - Quiz

This item has no instructions

Twan gaat de gemiddelde voorraad berekenen van zijn trainingspakken. Hij heeft de volgende gegevens:
1 januari €100.000 - 1 april €130.000 - 1 juli €150.000 - 1 oktober €100.000 - 31 december €200.000

Slide 25 - Open question

0,5 x 100.000 + 130.000 + 150.000 + 100.000 + 0,5 x 200.000 = 530.000 / 4 = €132.500