Paragraaf 1 'Een land met veel water'

Nederland. Een land met veel water
1 / 37
next
Slide 1: Slide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvmbo gLeerjaar 2

This lesson contains 37 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 90 min

Items in this lesson

Nederland. Een land met veel water

Slide 1 - Slide

Doel van deze les
Na deze les..

Weet je waar de belangrijkste wateren en deltawerken in Nederland liggen

Je creëert overzicht om dit hoofdstuk goed te begrijpen

Slide 2 - Slide

Waarom zijn er deltawerken en wat is hun functie

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Video

Slide 5 - Video

Aan de slag
Maak opdracht 1 van 5.1 in je werkboek op bladzijde 93 van je werkboek.
Gebruik hierbij de atlas bladzijde 62
bladzijde 15 en 16 voor de wateren

Slide 6 - Slide

Doe je laptop even dicht, na het bespreken van opdracht 1 gaat de les weer verder

Slide 7 - Slide

Wat is het deltaplan?

Slide 8 - Open question

Nederland. Een land met veel water

Slide 9 - Slide

Vandaag op het programma
Herhalen 3.2 (7min)
Leerdoelen overnemen (3min)
Kennis opdoen (5min)

Controleren of de leerdoelen zijn behaald (5min)
Werken aan opdrachten (10min)

Slide 10 - Slide

Herhalen van 3.2

Slide 11 - Slide

Wat is het verschil tussen verdampen en condenseren?

Slide 12 - Open question

Wat is het verschil tussen erosie en sedimentatie?

Slide 13 - Open question

Hoe kan het dat er in de middenloop zowel erosie als sedimentatie voorkomt?
Gebruik in je antwoorden de woorden - erosie, sedimentatie en middenloop

Slide 14 - Open question

Leerdoelen 5.1
Schrijf de leerdoelen in je schrift.
Na deze les..

-Ken je de verschillen tussen Hoog-Nederland en Laag-Nederland.
-Leer je wat oeverwallen en komgronden zijn.
-Weet je wat inklinken is en een delta is.

-Begrijp je hoe rivieren hun invloed hebben gehad op Nederland


Slide 15 - Slide

Kennis opdoen
Open je leerboek op bladzijde 72-73

Slide 16 - Slide

Beantwoorden van de leerdoelen

Slide 17 - Slide

Hoog- en Laag-Nederland
Laag-Nederland ligt lager dan 1m onder de zeespiegel, hier heeft de zee veel invloed.

Hoog-Nederland ligt hoger dan 1m boven de zeespiegel hier hebben rivieren veel invloed


Slide 18 - Slide

Oeverwallen
De oever is het land aan de rand van de rivier.
Voordat er dijken waren in Nederland overstroomde de rivier regelmatig.
De rivier liet daar een laagje sediment(zand) achter, en na verloop van tijd kon de rivier hier niet meer overheen.
Dit noemen we oeverwallen

Slide 19 - Slide

Komgronden
Soms kwam het rivierwater over de oeverwallen heen.
Op die plekken stroomde het water nóg langzamer waardoor er klei sedimenteerde.
Klei is heel nat, als het droogt zakt het in elkaar.
Dit gebied noem je de komgronden.
Komgronden hebben de vorm van een kom, daarom de naam

Slide 20 - Slide

Een delta is de monding van een rivier die vertakt

Slide 21 - Slide

Een delta
Boomwortels

Slide 22 - Slide

Aan de slag - huiswerk
Maak opdracht 2 in je werkboek op bladzijde 93
Lees bladzijde 72-73 in je leerboek

Gebruik je aantekeningen

Slide 23 - Slide

Vul in wat op de lege plaatsen in de zin hoort te staan: 'Oeverwallen bestaan uit (1) en komgronden bestaan uit (2)
A
(1) klei (2) grind
B
(1) zand(2) klei
C
(1)klei (2) zand
D
(1) grind (2) zand

Slide 24 - Quiz

Ligt de delta van een rivier in de bovenloop, de middenloop of de benedenloop? Leg uit

Slide 25 - Open question

Nederland. Een land met veel water

Slide 26 - Slide

Vandaag op het programma
Controleren van leerdoelen uit de vorige les (5min)
Nakijken opdracht 2 van 5.1 (5min)
Leerdoelen overnemen (3min)
Leerdoelen beantwoorden (15min)

Controleren of de leerdoelen zijn behaald (5min)
Werken aan opdrachten (15min)

Slide 27 - Slide

Wat is het verschil tussen Hoog-Nederland en Laag-Nederland?

Slide 28 - Open question

Noem twee verschillen tussen de komgrond en de oeverwal

Slide 29 - Open question

Doe je laptop even dicht, na het bespreken van opdracht 2 gaat de les weer verder.

Doe je werkboek open bladzijde 93

Slide 30 - Slide

Leerdoelen 5.1
Schrijf de leerdoelen in je schrift.
Na deze les..

-Weet je hoe de wind en de zee invloed hebben gehad op het Nederlandse landschap
-Weet je hoe veengebieden in Nederland zijn ontstaan


Slide 31 - Slide

Beantwoorden van de leerdoelen

Slide 32 - Slide

Slide 33 - Slide

Slide 34 - Slide

Slide 35 - Slide

Slide 36 - Slide

Aan de slag - pak je agenda
Maak in je werkboek vanaf bladzijde 94

opdracht 4b/c - 5 - 6b/c/d - 10
Gebruik hierbij blz. 72-73 in je leerboek en de aantekeningen in je aantekeningenschrift

Slide 37 - Slide