Slimme strategieën om schulden aan te pakken

Slimme strategieën om schulden aan te pakken

Leerdoel

Aan het einde van de les kun je slimme strategieën toepassen om schulden aan te pakken.

Dit slide introduceert het leerdoel van de les.

Wat weet je al over omgaan met schulden?

Wat zijn schulden?

Schulden zijn geldbedragen die je aan iemand verschuldigd bent. Dit kan bijvoorbeeld een lening, hypotheek of creditcardschuld zijn.

Leg kort uit wat schulden zijn en geef enkele voorbeelden.

Waarom ontstaan schulden?

Schulden kunnen ontstaan door te veel uitgeven, onverwachte kosten, werkloosheid of medische rekeningen.

Beschrijf de mogelijke oorzaken van schulden.

Het belang van budgetteren

Budgetteren is het maken van een plan voor je inkomsten en uitgaven. Het helpt je om je geld beter te beheren en schulden te voorkomen.

Leg uit waarom budgetteren belangrijk is en geef tips hoe je dit kunt doen.

Schulden aflossen

Er zijn verschillende strategieën om schulden af te lossen, zoals de sneeuwbalmethode en de hoogste-rente-eerst methode.

Beschrijf de sneeuwbalmethode en de hoogste-rente-eerst methode om schulden af te lossen.

Hulp zoeken

Als je niet zelf je schulden kunt aflossen, kun je hulp zoeken bij een schuldhulpverlener. Zij kunnen je begeleiden en ondersteunen.

Vertel over de mogelijkheid om hulp te zoeken bij een schuldhulpverlener.

Voorkomen van nieuwe schulden

Het is belangrijk om nieuwe schulden te voorkomen door bewust te zijn van je uitgaven, spaargeld op te bouwen en verstandig te lenen.

Geef tips om nieuwe schulden te voorkomen en benadruk het belang van financiële bewustwording.

Samenvatting

In deze les hebben we geleerd wat schulden zijn, waarom ze ontstaan en hoe je slimme strategieën kunt toepassen om schulden aan te pakken.

Vat de belangrijkste punten van de les samen en benadruk het belang van het toepassen van de geleerde strategieën.

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.

Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.

Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.