verbanden: lineair, kwadratisch en periodiek

• Wiskunde
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 4

1-1 en 1-2: Verbanden

Deze les:

- Lineair verband

- Kwadratisch verband

Eerst wat herhaling over lineaire formules

Bij welke van de volgende formules is er sprake van een lineair verband?
Er zijn meer antwoorden mogelijk.

1. y=3x+7
2. x⋅y=24
3. y=3x​2​​
4. 3x+y=12

Wat is in de volgende formule het startgetal?
F = 2 x a + 10

1. 0
2. 2
3. 10
4. a

Wat is in de volgende formule het hellingsgetal?
F = 3 x a - 3

1. 3 x a
2. 3
3. -3
4. a

Stelling:
Het startgetal lees je vooraan in de tabel af.

1. Juist
2. Onjuist

Gegeven is lijn m: y = 3x-4
Wat is waar?

1. Voor elke stap naar rechts ga je vier omhoog.
2. Het startgetal is 4
3. Lijn m is een dalende grafiek.
4. Lijn m gaat door (0, -4)

We blijven nog even bij lijn m.
m: y = 3x-4
Kies alle juiste antwoorden.

1. Het hellingsgetal is 3
2. Het startgetal is -4
3. Het startgetal is 3
4. Voor elke stap naar rechts ga je vier omlaag.

Vul de puntjes in:
Een tabel gaat per 3 stappen naar rechts 12 omlaag. Het ..... is dus .....

Geef de formule voor het lineaire verband bij de blauwe grafiek in de volgende slide.

De formule voor de blauwe grafiek is:

De formule

heeft een ........... verband

0,2x​2​​+5

1. Wortel
2. Kwadratisch
3. Periodiek
4. Macht

4​2​​=

1. 8
2. 16
3. -8
4. -16

a=n​2​​−1

n=3

a=

a=n​2​​−1

n=8

a=

y=x​2​​−10

x=−1

y=

y=x​2​​−10

x=−1

y=(−1)​2​​−10

y=1−10=−9

Verschil van de toename

Kijk in je boek op bladzijde 143!

Parabool

...een formule met een    erin heeft de vorm van een parabool

​2​​

parabool tekenen

....eerst een tabel maken 

daarna het assenstelsel met de grafiek

y=x​2​​−1

Vorm van de parabool:

b=a​2​​−3a−4

y=−2x​2​​−3x+4

Noem 2 dingen die je geleerd hebt in deze les

Noem 1 ding wat je nog lastig vindt aan deze les

Werk van deze les:

1-1 Lineair en kwadratisch verband  

1-2 Andere verbanden

(hierna staan nog 2 Youtube filmpjes die je als naslagwerk kunt gebruiken)

Speel het spel