H5.2 - Les 7: Regionale verschillen

4 MAVO
Hoofdstuk 5
Bevolking en ruimte
Paragraaf 2
Regionale verschillen
---
M. Zeelenberg
zlb@st-maartenscollege.nl
1 / 27
next
Slide 1: Slide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

This lesson contains 27 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

4 MAVO
Hoofdstuk 5
Bevolking en ruimte
Paragraaf 2
Regionale verschillen
---
M. Zeelenberg
zlb@st-maartenscollege.nl

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Wat gaan we doen vandaag?
  • Herhaling: Demografisch transitiemodel
  • 5.2: Regionale verschillen

Slide 3 - Slide

Regels in de les
  • Er is maximaal één iemand aan het woord.
  • Je steekt altijd je vinger op als je iets wilt zeggen.
  • We gaan met respect met elkaar en elkaars spullen om.
  • Telefoons staan op stil en zitten in je tas of broekzak.
  • Zorg dat je al je spullen bij je hebt: Schrift, werkboek & lesboek.

Slide 4 - Slide

Lesdoelen van gisteren
  1. Je kan per fase van het demografisch transitiemodel aangeven wat er gebeurt met het geboortecijfer, sterftecijfer en de totale bevolkingsgroei.
  2. Je kan per fase van het demografisch transitiemodel aangeven waarom er gebeurt met het geboortecijfer, sterftecijfer en de totale bevolkingsgroei.
  3. Je kan een leeftijdsdiagram koppelen aan de juiste fase uit het demografisch transitiemodel.

Slide 5 - Slide

DEMOGRAFISCH TRANSITIEMODEL
Pak je gemaakte opdrachten over het demografisch transitiemodel voor je.

Slide 6 - Slide

FASE 1 t/m 4

Slide 7 - Slide

DEMOGRAFISCH TRANSITIEMODEL
Je kan per fase van het demografisch transitiemodel aangeven wat er gebeurt met het geboortecijfer, sterftecijfer en de totale bevolkingsgroei.

Slide 8 - Slide

DEMOGRAFISCH TRANSITIEMODEL
Je kan per fase van het demografisch transitiemodel aangeven waarom dat gebeurt met het geboortecijfer, sterftecijfer en de totale bevolkingsgroei.

Slide 9 - Slide

Je kan een leeftijdsdiagram koppelen aan de juiste fase uit het demografisch transitiemodel.

Slide 10 - Slide

Je kan een leeftijdsdiagram koppelen aan de juiste fase uit het demografisch transitiemodel.

Slide 11 - Slide

Lesdoelen van vandaag
  1. Je kunt 5 demografische overeenkomsten en 5 demografische verschillen tussen Nederland en Duitsland benoemen.
  2. Je kunt het belangrijkste verschil tussen Oost- en West-Duitsland tussen 1945 en 1989 benoemen.
  3. Je kan 3 redenen benoemen voor bevolkingskrimp in Oost-Duitsland na 1989.
  4. Je kan 2 afstotingsfactoren benoemen voor Oost-Duitsland.
  5. Je kan een aantrekkingsfactor benoemen voor stedelijke gebieden in Zuid-Duitsland.

Slide 12 - Slide

Afstotings- en aantrekkingsfactoren

Afstotingsfactor
Een reden om uit een gebied te gaan

Aantrekkingsfactor
Een reden om naar een gebied te gaan

Slide 13 - Slide

Doel 4 en 5
Je kan 2 afstotingsfactoren benoemen voor Oost-Duitsland.

Je kan een aantrekkingsfactor benoemen voor stedelijke gebieden in Zuid-Duitsland.

Slide 14 - Slide

Regionale demografische
verschillen in Duitsland

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Slide

Demografische vergelijking Nederland en Duitsland

  • Vul W7 in, gebruik §4.1 en 5.1 in je lesboek en werkboek

                                              We starten samen op

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Slide

Nederland
Duitsland

Slide 19 - Slide

Nederland
Duitsland

Slide 20 - Slide

Slide 21 - Slide

Nederland
Duitsland

Slide 22 - Slide

Verschillen in
Duitsland

Slide 23 - Slide

Lesdoelen van vandaag
  1. Je kunt 5 demografische overeenkomsten en 5 demografische verschillen tussen Nederland en Duitsland benoemen.
  2. Je kunt het belangrijkste verschil tussen Oost- en West-Duitsland tussen 1945 en 1989 benoemen.
  3. Je kan 3 redenen benoemen voor bevolkingskrimp in Oost-Duitsland na 1989.
  4. Je kan 2 afstotingsfactoren benoemen voor Oost-Duitsland.
  5. Je kan een aantrekkingsfactor benoemen voor stedelijke gebieden in Zuid-Duitsland.

Slide 24 - Slide

Aan de slag!
  • Lees de tekst op pagina 64/65 in je tekstboek.
  • Maak de kennen- en kunnenlijst; 39 t/m 43
Regels wanneer je aan het werk bent:
  • Je werkt alleen en in stilte.
  • Je steekt je vinger op als je iets wilt vragen.
  • GEEN TELEFOONS.

Slide 25 - Slide

HUISWERK MAANDAG
Invulblad Duitsland - Nederland
Maak 39 t/m 43 van de kennen- en kunnenlijst.

Slide 26 - Slide

Zijn er nog vragen?
Je kunt ze klassikaal stellen
Je kunt mij mailen; zlb@st-maartenscollege.nl
Je kunt me altijd opzoeken op school; 
aanwezig op maandag t/m donderdag

Slide 27 - Slide