Sociaal-maatschappelijke dimensie 3.3: de maatschappij dat zijn wij

• Burgerschap
• Praktijkonderwijs
• Leerjaar 4

Sociaal-maatschappelijke dimensie

3.3 de maatschappij dat zijn wij.

Aan het einde van de les:

- Weet je wat normen en waarden zijn.

- Weet je wat normen en waarden met elkaar te maken hebben.

- Ken je je eigen normen en waarden.

- Weet je dat normen en waarden kunnen verschillen per groep, cultuur, tijd en situatie.

Wat zijn waarden en normen?

Kijk het filmpje bij deze QR-code.

Opdracht 7: jouw uitleg.

Kijk het filmpje bij deze QR-code en maar opdracht 7.

Opdracht 8: normen en waarden.

Maak opdracht 8.

Normen en waarden.

Norm: is een idee over wat normaal is of een regel hoe jij je moet gedragen.

waarde: is iets wat een persoon of een groep belangrijk vindt in het leven.

Bijvoorbeeld:

de waarde is eerlijkheid, je vindt eerlijkheid belangrijk.

De norm die daarbij hoort is niet liegen

Wat is normaal?

Normaal betekent letterlijk 'volgens de norm'.

Normen kunnen per persoon of groep verschillen.

Normen zijn niet overal en altijd hetzelfde.

Er zijn culturen waar mannen elkaar zoenen en er zijn culturen ewaar mannen getrouwde vrouwen geen hand geven.

Ook waarden kunnen per cultuur verschillen

Normen en waarden verschillen ook met de tijd. 

Vroeger waren er andere regels dan nu.

Opdracht 9: overeenkomsten.

Maak opdracht 9. 

Zoek de medestudenten of op school of via Teams op.

Ongeschreven regels.

Normen zijn vaak ongeschreven regels. 

Bijvoorbeeld dat je iemand uit laat praten en dat je de deur voor iemand openhoudt. 

Dit zijn regels die nergens staan geschreven.

Opdracht 10: ongeschreven regels.

Maak opdracht 10.

Wettelijke normen

Voor sommige dingen geldt dus: 'dat doe je gewoon'of dat 'doe je gewoon niet'. Dat noemen ze ongeschreven regels.

Van andere dingen is in de wet vastgelegd dat het niet mag.

Dan zijn het geen ongeschreven regels meer. Ze staan in de wet en zijn dan een wettelijke norm. Als je je daar niet aan houdt dan is ben je strafbaar.

Fatsoensnorm of wettelijk norm?

Bekijk het filmpje die hoort bij onderstaande QR-code.

Opdracht 11: Ergernissen.

Kijk het filmpje op de volgense slide en maak opdracht 11.

Jouw normen en waarden.

Jouw normen en waarden leer je van je ouders, je docenten op school, je voetbaltrainer, de leidinggevende op je werk, je vriendengroep.

Je leert normen en waarden van je cultuur en niet uit een boekje. 

In nieuwe situaties leer je steeds andere normen en waarden. 

Opdracht 12: Normen en doorgeven.

Maak opdracht 12.

Opdracht 13: Wat vind jij belangrijk?

Maak opdracht 13.