Lijdend voorwerp

Hoe zat het ook alweer?
Een zin bestaat uit zinsdelen:
- Persoonsvorm (werkwoord)
- Onderwerp
1 / 19
next
Slide 1: Slide
TaalSpeciaal OnderwijsLeerroute 1

This lesson contains 19 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Hoe zat het ook alweer?
Een zin bestaat uit zinsdelen:
- Persoonsvorm (werkwoord)
- Onderwerp

Slide 1 - Slide

Hoe vind je de persoonsvorm?
Zet de zin in een andere tijd.

Jij loopt die kant op.

Het woord dat van klank verandert, is de persoonsvorm

Slide 2 - Slide

Hoe vind je het onderwerp?
Stel de vraag 'wie of wat + persoonsvorm?'

Jij loopt die kant op.

Wie loopt die kant op? 

Slide 3 - Slide

Persoonsvorm en onderwerp
Zag Timme de fietsers aan komen rijden?
Ik wandel naar school toe.
Zij vindt het buurmeisje niet aardig.
De schildpad zwemt erg rustig.
Wij gaan naar de bioscoop.


Slide 4 - Slide

Lesdoel
Ik kan het lijdend voorwerp in een zin vinden.

Slide 5 - Slide

Wat is het lijdend voorwerp?
Het lijdend voorwerp geeft aan: met wie of wat iets gebeurt.

Niet degene die iets doet, maar bij wie iets wordt gedaan.

Slide 6 - Slide

Hoe vind je het lijdend voorwerp?


  1. Zoek de persoonsvorm.
  2. Zoek het onderwerp.
  3. Stel de vraag: 'Wie of wat + persoonsvorm?'
  4. Het antwoord op de vraag is het lijdend voorwerp.

Slide 7 - Slide

Voorbeeld
Vind het lijdend voorwerp in deze zin:

Mila bekladt de arm van Nour.

Slide 8 - Slide

Oefenen
Delano pakt zijn rekenmachine.



Slide 9 - Slide

Oefenen
Jaimy plant hete pepers.

Slide 10 - Slide

Oefenen
Carmen maakt hun spelling.

Slide 11 - Slide

Oefenen
Nora helpt mij vaak.

Slide 12 - Slide

Oefenen
Art vindt gym meestal leuk.

Slide 13 - Slide

Lesdoel
Ik kan het lijdend voorwerp in een zin vinden.

Slide 14 - Slide

Zelfstandig werken?
In Gynzy staat de opdracht klaar: 'Taalles 31 maart'.

Zolang de rest van de klas uitleg krijgt:
  • Snap je iets niet? Vraag hulp aan juf Leanne.
  • Ben je klaar? Ga iets voor jezelf doen.
Als de uitleg afgelopen is:
  • Kom langs om je werk na te bespreken.

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Link

Hoe vind je het lijdend voorwerp?


  1. Zoek de persoonsvorm.
  2. Zoek het onderwerp.
  3. Stel de vraag: 'Wie of wat + persoonsvorm?'
  4. Het antwoord op de vraag is het lijdend voorwerp.

Slide 17 - Slide

Lesdoel
Ik kan het lijdend voorwerp in een zin vinden.

Slide 18 - Slide

Zelfstandig werken
  • In Gynzy staat de opdracht klaar: 'Taalles 31 maart'.

  • Snap je iets niet? Vraag om hulp bij juf of meester.

  • Ben je klaar? Kom langs bij meester voor feedback.

Slide 19 - Slide