15 maart H4§3 Mississippi






Overstromingen Mississippi 
1 / 18
next
Slide 1: Slide
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

This lesson contains 18 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson






Overstromingen Mississippi 

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Week 11, les 3
Welkom
Herhaling vorige les(sen)
Leerdoel(en)
Uitleg/werkvorm/filmpje/etc. 
Verlengde instructie/zelfstandig werken
Check leerdoel(en)

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Herhaling vorige les(sen)

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Het orkaan seizoen is
A
in het voorjaar
B
in het najaar

Slide 4 - Quiz

This item has no instructions

Er wordt gesproken over een orkaan bij:
A
Windkracht 10 en hoger
B
Windkracht 12 en hoger
C
wind vanaf 110 km per uur
D
elke tropische storm is een orkaan

Slide 5 - Quiz

This item has no instructions

Door klimaatverandering is de kans op orkanen ...
A
toegenomen
B
hetzelfde gebleven
C
afgenomen

Slide 6 - Quiz

This item has no instructions

Hoe groot kan een orkaan worden?
A
10 km; net zo groot als Amsterdam
B
300 km; net zo groot als de Benelux
C
50 km; net zo groot als Zuid-Holland
D
1000 km; net zo groot als Frankrijk

Slide 7 - Quiz

This item has no instructions

Een orkaan zwakt af als...
A
De luchttemperatuur om laag gaat
B
Het boven land komt
C
Het boven zee komt
D
Een orkaan zwakt altijd af na twee dagen

Slide 8 - Quiz

This item has no instructions

Wat is geen gevolg van een orkaan?
A
lavastromen
B
regen
C
wind
D
vloedgolven

Slide 9 - Quiz

This item has no instructions

Wat is geen kenmerk van een orkaan?
A
Een wolkeloos midden; het oog.
B
Wordt gemeten op de schaal van Beaufort.
C
Er valt veel neerslag
D
Het kan aardverschuivingen veroorzaken.

Slide 10 - Quiz

This item has no instructions

wat is geen orkaan?
A
Hurricane
B
Typhoon
C
Tornado
D
cycloon

Slide 11 - Quiz

This item has no instructions

Zet de volgende zinnen in de goede volgorde.
1

2

3

4
Doordat de aarde draait, begint ook de vochtige lucht te draaien.
Orkanen ontstaan rond de evenaar. Het zeewater moet minstens 26°C zijn.
Water verdampt. De lucht is koud. Waterdamp condenseert, er ontstaan zware buien.
Zolang de orkaan boven zee is blijft deze groeien. Eenmaal aan land neemt de kracht af.

Slide 12 - Drag question

This item has no instructions

Sleep het getal steeds naar juist als de stelling klopt en onjuist als de stelling niet klopt.
1.  Een orkaan kan zorgen voor een stormvloed.
2.  Een orkaan kan indirect zorgen voor aardverschuivingen.
3. Het woord orkaan wordt over de hele wereld gebruikt.
4. De windkracht van een orkaan neemt toe als deze boven land komt.
Beoordeel de stellingen. 
Juist

Onjuist
Juist

Onjuist
Juist

Onjuist
Juist

Onjuist

1
2
3
4

Slide 13 - Drag question

This item has no instructions

Leerdoel(en)
Je weet welke maatregelen  noodzakelijk zijn om de steeds terugkerende overstromingen van de Mississippi te voorkomen. 

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Mississippi delta
Stroom-gebied Mississippi
Stroom-stelsel Mississippi
Wat is het verschil?

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

Overstroming delta Mississippi 
Delta gebied: New Orleans

Slide 16 - Slide

Ingaan opstuwing zee
Ingaan daling delta (bijv. door stuwdammen, minder sediment afzetten)
of zeespiegel stijging
Zelfstandig werken/verlengde instructie
Maak nu opdracht 2 van §4.3. 

Daarna: Starten met leerbaar maken H1 t/m H4. 

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

Check leerdoel
  1. Geef twee oorzaken voor de terugkerende overstromingen van de rivier de Mississippi. 
  2. Geef twee oplossingen/maatregelen voor de overstromingen van de rivier de Mississippi. 

Slide 18 - Slide

This item has no instructions