Wondzorg

Test je kennis:


Wondzorg

1 / 23
next
Slide 1: Slide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 2

This lesson contains 23 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Test je kennis:


Wondzorg

Slide 1 - Slide

Wondzorg

Slide 2 - Mind map

Subcutis
Epidermis
Dermis

Slide 3 - Drag question

TIME:
Wat betekent de i hierin ?
A
Intensiteit
B
Infectie
C
Inflammatie
D
Incident

Slide 4 - Quiz

Time model
  • Er wordt naar factoren gekeken die een rol spelen bij het genezingsproces van een wond
  • Kan gebruikt worden bij het diagnosticeren van een wond en bepalen en evalueren van een wondbehandeling.

Slide 5 - Slide

TIME
T = Tissue, weefsel Wat is de kleur?
I = Infectie ; is er sprake van een infectie?
M = moisture = vocht; produceert de wond veel vocht?
E = edge = wondranden ; wat is de toestand van de rand?

Slide 6 - Slide

WCS woundcare consultant society

stadia indeling in rood, geel zwart.
de kleuren zeggen iets over weefsels en stadia van het genezingsproces
nat - droog - vochtig

Slide 7 - Slide

WCS - classificatiemodel

Slide 8 - Slide

Rode wond

Een rode wond bestaat uit granulatieweefsel en bevindt zich in de regeneratiefase. In deze fase wordt weefsel dat verloren is gegaan, vervangen door nieuw weefsel (epithelialisatie). Granulatieweefsel is vaatrijk en korrelig bindweefsel dat zich vormt op de bodem van een wond. Deze bodem is gezond.

Slide 9 - Slide

Een gele wond bevindt zich in de reactiefase. Het lichaam reageert op de wond door te starten met stolling, vaatvernauwing en afsluiting van de wond. Dit ziet eruit als een gelig beslag op de wond. Vaak wordt ook exsudaat (wondvocht) gevormd, bestaande uit celresten en samengeklonterde eiwitten.

Gele wond

Slide 10 - Slide

Zwarte wond

Een zwarte wond dankt zijn kleur aan het afgestorven weefsel (necrose/débris) waar de wond uit bestaat. Dit weefsel is een voedingsbodem voor bacteriën. De kleur kan ook bruin-grijs-gelig zijn. Er zijn twee vormen van necrose: harde necrose (korst) en natte necrose.

 

zwarte wond

Slide 11 - Slide

Er zit een rode niet wegdrukbare plek op de hiel van een cliënt. Wat doe je?
A
Katoenen sok aantrekken
B
Hiel vrij leggen dmv kussens
C
Schapenvacht er onder
D
Massage en antidecubitus crème gebruiken

Slide 12 - Quiz

Decubituswonden

Slide 13 - Slide


A
Categorie 1
B
Categorie 2
C
Categorie 3
D
Categorie 4

Slide 14 - Quiz


A
Categorie 1
B
Categorie 2
C
Categorie 3
D
Categorie 4

Slide 15 - Quiz

Het risico op decubitus neemt toe als iemand koorts heeft.
A
Onjuist
B
Juist

Slide 16 - Quiz

De goede volgorde van wondgenezing is, Bloedingsfase, ontstekingsfase(inflammatie), Regeneratiefase, rijpingsfase
A
Onjuist
B
Juist

Slide 17 - Quiz

Decubitus categorie III is altijd ondieper dan decubitus categorie IV?
A
Onjuist
B
Juist

Slide 18 - Quiz

Als er antidecubitus crème is voor geschreven, kan je geen decubitus krijgen.
A
Onjuist
B
Juist

Slide 19 - Quiz

Waarom is het belangrijk om het verband te zien wat je van de wond afhaalt?
A
Ik gooi het gelijk weg
B
Het moet in een speciale container
C
Om te kijken of het opnieuw gebruikt kan worden
D
Het geeft informatie over de wond

Slide 20 - Quiz

Een patiënt heeft al drie maanden een been wond die niet dicht wil gaan. De wond heeft een glans laag (biofilm). Wat zit voornamelijk in een biofilm?
A
Bacteriën
B
Schimmels
C
Huidschilfers
D
Bloed

Slide 21 - Quiz

Een oncologische wond is hetzelfde als een oncologisch ulcus
A
Juist
B
Onjuist

Slide 22 - Quiz

Opdracht
Verdeel de groep in 3 groepjes. Ieder groepje kiest 1 van deze onderstaande soorten wonden en gaat in 15 minuten onderzoek doen naar deze wonden. 
Skin tears 
Arterieel ulcus cruris
Oncologische wond/Oncologische ulcus
Hierna leg je per groepje in maximaal 5 minuten uit aan de rest van de groep wat voor wond het is en hoe deze ontstaat. 
(Tip: maak gebruik van vilanskickprotocollen)

Slide 23 - Slide