Versnellen en vertragen: Wetten van Newton

Versnellen en vertragen: Wetten van Newton
1 / 13
next
Slide 1: Slide

This lesson contains 13 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Versnellen en vertragen: Wetten van Newton

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Leerdoel
Aan het einde van de les kun je uitleggen waar versnelling en vertraging door worden bepaald en de eerste twee wetten van Newton toepassen.

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Wat weet je al over versnellen en vertragen?

Slide 3 - Mind map

This item has no instructions

Wat is versnelling en vertraging?
Versnelling is de toename van snelheid, terwijl vertraging de afname van snelheid is.

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Factoren die versnelling en vertraging bepalen
Versnelling en vertraging worden bepaald door de kracht die wordt uitgeoefend en de massa van het object.

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Eerste wet van Newton: Wet van de traagheid
Een object in rust blijft in rust, en een object in beweging blijft in beweging met constante snelheid, tenzij er een externe kracht op wordt uitgeoefend.

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Eerste wet van Newton: Voorbeeld
Bijvoorbeeld, een bal op een vlakke ondergrond zal niet bewegen tenzij er een kracht op wordt uitgeoefend.

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Tweede wet van Newton
De versnelling van een object is recht evenredig met de resulterende kracht die erop wordt uitgeoefend en omgekeerd evenredig met de massa van het object.

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Tweede wet van Newton: Formule
F = m * a

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Tweede wet van Newton: Voorbeeld
Bijvoorbeeld, als de kracht op een object verdubbelt, zal de versnelling ook verdubbelen, maar als de massa van het object verdubbelt, zal de versnelling halveren.

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

Slide 11 - Open question

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.
Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

Slide 12 - Open question

De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.
Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

Slide 13 - Open question

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.