Werkwoorden zitten, wijzen, kijken, schrijven

Werkwoorden
zitten
wijzen
kijken
schrijven
1 / 22
next
Slide 1: Slide
NT2Voortgezet speciaal onderwijsLeerroute 1

This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Werkwoorden
zitten
wijzen
kijken
schrijven

Slide 1 - Slide

zitten
Ik zit
jij zit
hij/zij zit
wij zitten
jullie zitten
zij zitten

Slide 2 - Slide

Ik ...... op de stoel.

Slide 3 - Open question

De jongen ...... op de stoel.

Slide 4 - Open question

De leerlingen ...... op de stoel.

Slide 5 - Open question

Jij ...... op de stoel.

Slide 6 - Open question

wijzen
Ik wijs
jij wijst
hij/zij wijst
wij wijzen
jullie wijzen
zij wijzeen

Slide 7 - Slide

Hij .... naar de deur.

Slide 8 - Open question

Het meisje .... naar de deur.

Slide 9 - Open question

De meesters .... naar de deur.

Slide 10 - Open question

Ik .... naar de deur.

Slide 11 - Open question

kijken
ik kijk
jij kijkt
hij/zij kijkt
wij kijken
jullie kijken
zij kijken

Slide 12 - Slide

De meester ... naar buiten.

Slide 13 - Open question

De juffen ... naar buiten.

Slide 14 - Open question

Ik ... naar buiten.

Slide 15 - Open question

Jij ... naar buiten.

Slide 16 - Open question

schrijven
ik schrijf
jij schrijft
hij/zij schrijft
wij schrijven
jullie schrijven
zij schrijven

Slide 17 - Slide

De juf ... op het papier.

Slide 18 - Open question

De leerlingen ... op het papier.

Slide 19 - Open question

De jongen ... op het papier.

Slide 20 - Open question

Ik ... op het papier.

Slide 21 - Open question

Slide 22 - Slide