# dyscalculie, dyslexie, dyspraxie, NLD en faalangst
# taalontwikkelingsstoornissen (TOS)
# leerprobleem, leerstoornis en begeleidingsbehoeften
# begeleidingsplan, passende activiteiten, hulpmiddelen en materialen
1 / 24
next
Slide 1: Slide
This lesson contains 24 slides, with interactive quizzes and text slides.
Items in this lesson
Module 10
# hoogsensitiviteit en hoogbegaafdheid
# dyscalculie, dyslexie, dyspraxie, NLD en faalangst
# taalontwikkelingsstoornissen (TOS)
# leerprobleem, leerstoornis en begeleidingsbehoeften
# begeleidingsplan, passende activiteiten, hulpmiddelen en materialen
Slide 1 - Slide
Lesdoel
Aan het einde van deze les weten jullie wat de #'s inhouden en kunnen jullie een begeleidingsplan opstellen
Slide 2 - Slide
hoogsensitiviteit
Slide 3 - Slide
Wat komt er in je op bij ''hoogsensitiviteit''?
Slide 4 - Open question
Kenmerken hoogsensitiviteit
• Je reageert sterker dan gemiddeld op geluiden, geuren, gevoelens en/of licht (prikkels). • Je houdt niet van verrassingen en veranderingen. • Je voelt emoties en sferen van anderen aan. • Je bent perfectionistisch. • Je raakt snel overprikkeld en je trekt jezelf vaak terug. • Je denkt vaak goed na voordat je antwoord geeft en analyseert goed voordat je een beslissing neemt.
Slide 5 - Slide
Hoe kan je het beste een HSP leerling begeleiden?
Slide 6 - Open question
Begeleiding
1. Creëer een rustige omgeving. 2. Communiceer duidelijk en met positieve feedback. 3. Stimuleer zelfredzaamheid en zelfexpressie. 4. Geef structuur en voorspelbaarheid. 5. Ondersteun de sociale vaardigheid. 6. Geef keuzes en controle waar dit kan 7. Respecteer en erken gevoelens. 8. Zorg voor voldoende rust en tijd om prikkels te verwerken. 9. Betrek ouders en leerkrachten (bij hoogsensitief kind). 10. Houd je aanpak flexibel.
Slide 7 - Slide
Hoogbegaafdheid
Slide 8 - Slide
Wat komt er in je op bij ''hoogbegaafdheid''?
Slide 9 - Open question
Kenmerken hoogbegaafdheid
• Snel leren • Diepe interesse en nieuwsgierigheid voor nieuwe dingen. • Creatief. • Perfectionistisch. • Goed geheugen. • Erg sensitief. • Leergierig. • Snel zelfstandig • Soms uitdagingen met autoriteit. • Sterk sociaal bewustzijn • Stelt veel vragen en denkt kritisch na.
Slide 10 - Slide
Hoe kan je een hoogbegaafd kind het beste begeleiden?
Slide 11 - Open question
Begeleiding
1. Bied uitdagend onderwijs aan. 2. Flexibiliteit in de leerstof (als dit mogelijk is). 3. Bied differentiatie in de klas (op eigen tempo leren bijvoorbeeld). 4. Verdiep je in een plus-klas (een soort extra-uitdaging lessen). 5. Let op de ontwikkeling van de sociale vaardigheden. 6. Creëer ruimte voor creativiteit en inbreng van het kind. 7. Zelfsturing en zelfstandigheid aanmoedigen. 8. Laat het kind terugkijken op zijn eigen handelen (evalueren). 9. Moedig zelfexpressie aan. 10. Betrokkenheid van ouders (educatie en hulp voor de ontwikkeling thuis).
Slide 12 - Slide
Dyscalculie en dyslectie
Slide 13 - Slide
Wat komt er in je op bij dyscalculie en dyslectie
Slide 14 - Open question
Dyscalculie
Blijven bijvoorbeeld lang op de vingers tellen in plaats van te werken met clusters van getallen
Hebben problemen met de volgorde van de te nemen stappen bij een bepaalde strategie om een rekenopgave op te lossen.
Kunnen eerder geleerde rekenkennis moeilijk toepassen bij andere opgaven.
Hebben problemen met de plaats van getallen. Zoals vlot weten dat na 6 de 7 komt.
Maken vaak omkeringen van getallen. Zoals 24 en 42 om wisselen.
Dyslectie
Moeite met het verschil horen tussen klanken als m en n; p, t en k; s, f en g; eu, enz
Moeite met de klanken in volgorde te zetten, zoals bij ‘dorp’ en ‘drop’ of ‘12’ en ‘21’
Moeite met de aandacht te houden bij ‘klankinformatie’ (gesproken woord)
Moeite met het inprenten van reeksen, bijvoorbeeld tafels of spellingsregels
Moeite met het onthouden van vaste woordcombinaties, uitdrukkingen of gezegdes
Moeite met het onthouden van losse gegevens, zoals rijtjes, woordjes en jaartallen
Slide 15 - Slide
Hoe kan je een kind met dyslexie of dyscalculie het beste begeleiden?
Slide 16 - Open question
Dyslexie
Dyscalculie
Slide 17 - Slide
Dyspraxie
Slide 18 - Slide
Kenmerken van Dyspraxie/DCD
• Je bent onhandig. • Je hebt problemen met je fijne motoriek. • Je grove motoriek is niet goed ontwikkeld. • Je hebt problemen met evenwicht en coördinatie. • Je motorische ontwikkeling ontwikkelt langzamer. • Je oog- en handbewegingen zijn ongecoördineerd. • Je doet lang over het aanleren van nieuwe motorische vaardigheden. • Je hebt moeite met ruimtelijke oriëntatie. • Je spieren zijn zwak en hebben een lageren spierspanning. • Je ervaart een emotionele impact door de restricties van DCD.
Slide 19 - Slide
Hoe zou je een leerling met DCD het beste kunnen begeleiden?
Slide 20 - Open question
Begeleiding
1. Vroegtijdige identificatie. 2. Individuele begeleiding. 3. Motorische therapie. 4. Ondersteuning in de klas (extra tijd, extra oefeningen). 5. Werken aan zelfbewustzijn en zelfvertrouwen . 6. Ouderbetrokkenheid. 7. Aanmoedigen van sociale participatie (moedig sociale acceptatie aan). 8. Gestructureerd programma voor motorische vaardigheden. 9. Ontwikkeling van zelfregulatievaardigheden. 10. Regelmatige evaluatie en aanpassing van aanpak.