Begeleiden zorgvrager lesonderwerp 2 les 1

1 / 33
next
Slide 1: Slide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 1

This lesson contains 33 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 120 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Programma vandaag
  • Korte herhaling van de theorie van vorige week
  • Zorgvrager leren kennen op welke manier
  • Termen ziekte, aandoening, stoornis, beperking en handicap
  • Opdracht en nabespreken opdracht.


Slide 2 - Slide

Weten jullie het nog?

Korte herhaling d.m.v. een aantal meerkeuze vragen wat aan bod is geweest bij introductie en lesonderwerp ‘Wat is begeleiden’

Slide 3 - Slide

Begeleiden is vergezellen, met raad en daad bijstaan, zaken altijd overnemen
A
Ja
B
Nee

Slide 4 - Quiz

Begeleiden staat gelijk aan leiden.
A
Ja
B
Nee

Slide 5 - Quiz

Zaken die de grens van begeleiden bepalen zijn:
A
Je vaardigheden/ deskundigheid
B
Je collega's
C
De werkstructuren
D
Je wil en je motivatie

Slide 6 - Quiz

Noem 3 begeleidingsgebieden

Slide 7 - Open question

Sociale steun kun je niet meten, het is niet de hoeveelheid die een zorgvrager krijgt maar dat wat de zorgvrager ervaart
A
Ja
B
Nee

Slide 8 - Quiz

De 4 vormen van begeleiding zijn:
A
Sturende, motiverende, actieve en ondersteunende begeleiding
B
Nabije, veraf, op afroep en digitale begeleiding
C
Sturende, motiverende, activerende en ondersteunende begeleiding
D
Nabije, sturende, motiverende en digitale begeleiding

Slide 9 - Quiz

Het 5 K model is een voorbeeld van:
A
Activerende begeleiding
B
Sturende begeleiding
C
Ondersteunende begeleiding
D
Motiverende begeleiding

Slide 10 - Quiz

Zelfredzaamheid is
A
In staat zijn om te leven
B
In staat zijn te leven met je naasten
C
In staat zijn te leven zonder hulp

Slide 11 - Quiz

Lesdoelen Lesonderwerp 2
  • Begrippen ziekte, aandoeningen, stoornis, beperking, handicap
  • De diverse vormen van lichamelijke, psychische en verstandelijke beperkingen  en de gevolgen daarvan
  • Onbegrepen gedrag ( WP 8 uitgebreider) vroeg-signalering, observatie, onbegrepen gedrag als een teken van kwetsbaar zijn/ kwetsbaarheid etc. bijvoorbeeld bij dementie
  • Eenzaamheid: eenzaamheid in Nederland, typen eenzaamheid.
  • Seksualiteit: regulerende methodieken t.a.v. seksualiteit en intimiteit
  • Kent de Nieuwe definitie van Gezondheid (WHO);
  • Weet wat de term Positieve gezondheid betekent;
  • Weet welke mogelijkheden er zijn om als professional een zorgvrager in zijn eigen kracht te zetten.


Slide 12 - Slide

Literatuur
  • Boek Begeleiden Thema 2: Ontwikkelingspsychologie Hoofdstuk Over ontwikkelen
  • Boek Begeleiden Thema 2: Ontwikkelingspsychologie Hoofdstuk Volwassene en ouder
  • Boek Begeleiden Thema 5: Zorg verlenen aan anderen Hoofdstuk Zorgvuldig zorg verlenen
  • Boek Begeleiden Thema 9 : Helpen bij omgaan met ziekte of beperking, Hoofdstuk Ziek zijn of een beperking hebben
  • Boek Begeleiden Thema 9: Helpen bij omgaan met ziekte of beperking Hoofdstuk Leven met een beperking


Slide 13 - Slide

De zorgvrager leren kennen:

Begint altijd met observeren en rapporteren van gezondheidstoestand en welbevinden van de zorgvrager
Op de volgende gebieden:

  • Somatisch gebied
  • Psychosociaal gebied
  • Bij verbale en non-verbale communicatie en communicatieproblemen
  • Veiligheid




Slide 14 - Slide

Somatisch gebied

Op lichamelijk gebied:
ziekte, aandoeningen, stoornis, beperking, handicap

Slide 15 - Slide

Psychosociaal gebied
Het 'zielenleven' betreffend voor zover dit door sociale factoren beïnvloed wordt

sociale contacten en activiteiten

Slide 16 - Slide

Verbale en non verbale communicatie
Op welke manier communiceert de zorgvrager?
Heeft de zorgvrager hulpmiddelen nodig bij communicatie?

Slide 17 - Slide

Veiligheid

Wat is voor de zorgvrager veiligheid en hoe ervaart hij/ zij dit.

Slide 18 - Slide

Gezondheid
Definitie van de WHO: (1948)
Gezondheid is een toestand van volledig lichamelijk, geestelijke en maatschappelijk welzijn en niet slechts de afwezigheid van een ziekte.
Deze definitie is achterhaald dus...

Slide 19 - Slide

Nieuwe definitie van gezondheid
Huber 2011: “Het vermogen zich aan te passen en een eigen regie te voeren, in het licht van de fysieke, emotionele en sociale uitdagingen in het leven“. 
Deze definitie gaat niet uit van ziekte, maar van functioneren, kwaliteit van leven en een holistisch mensbeeld. Fysieke, mentale en sociale staat vormen hierin één geheel.

Slide 20 - Slide

Slide 21 - Slide

Ziekte
Ziekte is een afwijkende toestand van het menselijke organisme met vermindering van autonomie die zich uit in stoornissen, beperkingen en handicaps.
Verstoring van het evenwicht.

Slide 22 - Slide

Stoornis
Er is sprake van een stoornis als een orgaan of lichaamsfunctie ontbreekt, afwijkingen vertoont, of beschadigd is, rekening houdend met de leeftijd van de persoon.

Stoornissen op verschillende gebieden:
Intellectuele stoornissen; 
Psychologische stoornissen; 
Inwendige stoornissen
Stoornissen in het bewegen

Slide 23 - Slide

Beperking:
Een stoornis heeft een bepaalde beperking tot gevolg. 
Het kan gaan om vaardigheden, handelingen, gedrag zoals:
  • Zichzelf verzorgen
  • Zelfstandig eten
  • Praten
  • Moeite met overzicht houden
  • Moeite met beslissingen nemen
Een beperking wordt dus “beperking” genoemd als er beperkingen zijn bij het verrichten van bepaalde activiteiten. De meeste activiteiten zijn dan nog wel te verrichten als dit op een aangepaste manier kan.





Slide 24 - Slide

Handicap
Een handicap is een stoornis of beperking waardoor iemand in zijn normale functioneren wordt belemmerd.

 Bij een handicap gaat het om de beleving van de beperkte persoon. Een handicap is daarom dus subjectief, want de persoon die van een handicap spreekt, vindt zelf dat hij of zij een handicap heeft.  
Participatieproblemen kunnen zich voordoen op het gebied van:
Scholing; Arbeid; Het sociale leven;
Vrijetijdsbesteding.

Slide 25 - Slide

Aandoening
‘Een aandoening is een afwijking van de gezonde toestand van lichaam of geest. Het is een overkoepelend begrip voor de verzameling van 
symptomen, syndromen, klinische tekens, ziekten, handicaps, letsels en vormen van RSI’. wikipedia

Slide 26 - Slide

Verband tussen aandoening, stoornis, beperking handicap
Aandoening -->   Stoornis               --> Beperking          -->Handicap
voorbeeld:

Syndroom   --> Verminderde         --> beperking           -->handicap bij het 
 van Down           intelligentie                   in het denken           wonen                                                                                                                                             
CVA                 --> Afasie                        --> beperking in     ->handicap bij contact
                                                                              communicatie      met anderen

Slide 27 - Slide

Aangeboren/ niet aangeboren
Aangeboren afwijking en een niet-aangeboren afwijking.
 
Een aangeboren afwijking ontstaat voor de geboorte. Aandoeningen die vóór de geboorte zijn ontstaan door overgeërfde of spontane genetische defecten of tijdens de zwangerschap.
Niet-aangeboren afwijkingen ontstaan na de geboorte. Een niet-aangeboren afwijking kan ontstaan als gevolg van bijvoorbeeld een ziekte of een ongeluk.

Slide 28 - Slide

Vormen van lichamelijke beperkingen
Lichamelijke stoornis: stoornissen bij bewegen, horen, zien en spreken. Er is sprake van blijvende beperkingen in het lichamelijk functioneren. Lichaamsfunctie ontbreekt, vertoont afwijkingen, of is beschadigd. 

Slide 29 - Slide

Chronische ziekte
= aandoening met een langdurig, vaak langzaam verslechterend verloop. De ziekte is meestal (nog) niet te genezen. ( Diabetes, Reuma bijvoorbeeld)

Slide 30 - Slide

Mensen die revalideren
Revalidatie richt zich op herstel of verbetering van mogelijkheden bij mensen met een blijvend lichamelijk letsel of een functionele beperking

Slide 31 - Slide

Zijn er vragen??

Slide 32 - Slide

Voor jullie inzet en aandacht!!

Slide 33 - Slide