1V - Periode 4 - PA1 H3 Les 1 - GSE (27-05-2024)

Bienvenidos
Meld je aan bij Lessonup met de lessonup klascode.
B1g klascode: ykpjz 
(het linkje staat op magister bij je eerste les Spaans)

1 / 26
next
Slide 1: Slide
SpaansMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

This lesson contains 26 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Bienvenidos
Meld je aan bij Lessonup met de lessonup klascode.
B1g klascode: ykpjz 
(het linkje staat op magister bij je eerste les Spaans)

Slide 1 - Slide

El programa de hoy
Woord van de week 
¿Qué aprendes (wat leer je) en capítulo 3?
Mi casa es tu casa
  • Intro: La Mancha, ejercicio 1b
  • Vocabulario 3.1
  • Escuchar: La familia de Pepe, ej. 3
  • Hablar: TB p.29 E
Reflexión examen capítulo 2
Reflexión, deberes 


Hier spreken we Spaans.
Wat was het woord van de week?

Slide 3 - Slide

Woord van vorige week
hasta pronto = tot gauw

Slide 4 - Slide

Woord van de week
vale = okee
¿Quieres escuchar música? Vale.
= Wil je muziek luisteren? Okee.


Slide 5 - Slide

¿Qué aprendes (wat leer je) en capítulo 3?
'Mi casa es tu casa'

Je leert in het Spaans: 
  1. vertellen over je huis
  2. vertellen over je familie
  3. de getallen tot 100, de kleuren
    
HACER (= doen):
Je hebt al een aantal namen van gebouwen en kleuren geleerd. 
Welke weet je nog? -> Noteer ze op de volgende slide.

   

Slide 6 - Slide

timer
2:00
Apunta los edificios y los colores
(= Noteer de gebouwen en de kleuren).
Tweetallen:
Je mag elkaar op ideeën brengen.

Slide 7 - Mind map

Cap. 3: La Mancha, ¿dónde está?

Slide 8 - Slide

¿Quién es quién?
LEER (lezen): capítulo 3, TB p.26
-> PREGUNTA: En el libro 'Don Quijote de la Mancha' hay tres personas, Don Quijote, Sancho Panza y Dulcinea. ¿Quién es quién? Apunta el número y el nombre (= noteer nummer en naam).

1.
2.
3.

Slide 9 - Slide

Vocabulario 3.1 (WB p.85)


Lees de woorden goed door. 
Hoeveel woorden kende je al?

Leer nu 2 minuten in stilte 
de nieuwe woorden, eerst S-N.




Vraag: hoe ga jij thuis verder met 
het leren van woordjes?

timer
2:00
mirar = kijken

Slide 10 - Slide

Escuchar: La familia
Esta es la familia de Pepe.
(= Dit is de familie van Pepe.)

TB p.27
WB p.63-64, ejercicio 3.



Al klaar met oefening 3? 
Werk dan verder aan oefening 4.
PA1 H3 oef 3

Slide 11 - Slide

Y ahora (= en nu) ... hablar. 

Ga naar tekstboek p.29, bron E.
Oefen in tweetallen, vraag en antwoord.
Wissel daarna van rol.

Tijd over? 
Ga dan naar werkboek p.70 en 
oefen het gesprek van oef 13c.

timer
4:00

Slide 12 - Slide

Reflexión : Toets Hoofdstuk 2
1. Bekijk je gemaakte toets.
2. Vul het reflectieformulier in. 
3. Bekijk waar nodig ook het correctiemodel. Heb je daarna nog vragen over je toets? Stel ze aan de docent.

Tijd over? 
  • Ga dan naar 'Verbuga Spaans' en oefen met de werkwoorden escuchar, comer, vivir, estar. Kies in Verbuga links een werkwoord, en rechts 'presente'. Bepaal zelf met welk werkwoord je wilt beginnen.
  • EXTRA uitdaging? Kies dan het werkwoord 'Llamarse' of kies zelf een ander werkwoord.


Slide 13 - Slide

Los números 10, 20, 30 ...

Slide 14 - Slide

REFLEXIÓN
2 páginas

Slide 15 - Slide

Welke nieuwe woorden heb je geleerd?
Noteer ze met vertaling.

Slide 16 - Mind map

Reflexión:
Wat vond je het meest leerzaam in deze les?
Leg ook uit waarom.

Slide 17 - Open question

Deberes 
Estudiar: vocab 3.1 + frases clave E (TB p.29) 

Hacer:  
Afmaken hoofdstuk 3, oef 1b t/m oef 4a (WB p.62-64) 

Slide 18 - Slide

Repaso (=herhaling): Reglas
1. spullen en huiswerk in orde
2. vragen? hand opsteken
3. als docent spreekt, ben je stil
4. binnen? groeten en op je eigen plaats gaan zitten, spullen gereed
5. respecteer elkaar en zit niet aan elkaars spullen
6.  opgeladen laptop in je rugzak

Sana, Sophia , Emerald -> aanmelden bij Lessonup? 
Linkje bij de eerste les Spaans op magister.

Slide 19 - Slide

Los verbos regulares

Slide 20 - Slide

Woord van de week
mirar = kijken, bekijken
Mira, esta es mi casa. = Kijk, dit is mijn huis.

Slide 21 - Slide

Woord van de week
Despacio / despacito betekent eigenlijk: 'langzaam aan'.
preferido/a = lievelings-
Mi canción preferida es Despacito = mijn lievelingsliedje is Despacito.

Slide 22 - Slide

Slide 23 - Link

Klassentaal
Klassentaal: Onthoud  1  zin van de posters aan de muur!

Slide 24 - Slide

Woord van vorige week
Tu vecino/vecina is ook je buurman/buurvrouw in de klas.
tu vecino/vecina = je buurman/buurvrouw
¿Cómo se llama tu vecino? = Hoe heet je buurman?

Slide 25 - Slide

Gramática (15m)
EXPLICACIÓN (uitleg): 
  • Tekstboek p.13 fuente D, Lidwoord (zie filmpje)
  • Tekstboek p.16 fuente J, 'Ser' en persoonlijk voornaamwoord

HACER (maken, doen): 
  • werkboek p.15 ejercicio 11
  • werkboek p.22, ejercicio 25-26


timer
5:00

Slide 26 - Slide