LES 4 - Burgerschap - Hoe zit dat? *


___
Hoe zit dat?
Les 4
1 / 15
next
Slide 1: Slide
Begrijpend lezenBasisschoolGroep 5,6

This lesson contains 15 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Introduction

Digibordles les 1 - niveau B

Items in this lesson


___
Hoe zit dat?
Les 4

Slide 1 - Slide

  • Ik weet dat naar school gaan niet voor iedereen hetzelfde en vanzelfsprekend is. 
  • Ik weet dat er op scholen in het buitenland andere regels en straffen gelden.
  • Ik ken de verschillen en overeenkomsten en tussen naar school gaan in Oeganda en Nederland. 

Slide 2 - Slide

Bekijk de tekst en lees de titel en het intro.

Bespreek
in tweetallen de volgende vragen: 
 
  • Hoe ga je deze tekst lezen?
  • Wat is dit voor een tekst?
  • Wat valt je op aan de tekst?
  • Waar denk je dat het over zal gaan, waarom denk je dat?
  • Wat weet je er al van? (vul dit in in het bloemschema)
klik en vergroot

Slide 3 - Slide

de tekst
 Schrijf je vragen op een post-it (één vraag per blaadje) en plak ze op de
vragenmuur.
Heb je vragen als je naar de tekst kijkt? 

Slide 4 - Slide

Vul tijdens het lezen het schema aan.
Lees het intro

Slide 5 - Slide

Lees nu eerst de alinea: Waar had je vroeger stress door? voor. Vat de alinea daarna samen.

Slide 6 - Slide

 In Oeganda is het normaal om de cijfers klassikaal te bespreken.
Amondiga voelde zich daar niet fijn bij. 

Slide 7 - Slide

Vul het schema in het werkschrift verder in. 

Slide 8 - Slide

Lees nu  de alinea: Ging je wel graag naar school? en vat daarna samen.

Slide 9 - Slide

Scholen liggen ver van de huizen, het is normaler om te helpen in het huishouden en er worden lijfstraffen gegeven.

Slide 10 - Slide

Vul tijdens het lezen het schema aan.
Lees de rest van de tekst!

Slide 11 - Slide

Lees de tekst af en vul je bloemschema aan.

Na het lezen maak je ALLEEN de tekstgerichte vragen.

Klaar? Kijk samen met je maatje of jullie antwoorden hetzelfde zijn.



Tekstgerichte vragen: 

Waar schaamde Amoniga zich voor op school?
Hoelang moet Amoniga lopen om naar school te gaan?
Amoniga kon twee jaar niet naar school;
wat deed ze toen?
Waarom denk jij dat de scholen in Oeganda zo lang dicht zijn geweest?
Noem twee grote verschillen met het volgen van onderwijs in Nederland en in Oeganda. Wat vind jij daarvan?

 

Slide 12 - Slide

  •   Welke woorden of zinnen heb je in je schema gezet?
     
  •   Waarom op die plek in het schema? 

  •   Heb je tekeningen gemaakt?   

Slide 13 - Slide

de tekst
 Antwoord gevonden op je vraag? Schrijf het antwoord op een andere kleur post-it en plak deze bij de vraag op de vragenmuur.
Zijn er nieuwe vragen ontstaan? 
Schrijf ze op post-its. 

Slide 14 - Slide

In de volgende les praten we verder over dit onderwerp en geven jullie je mening over het geven van cijfers op school.

Slide 15 - Slide