§3.3 vraag en aanbod

Huiswerk!
Pak alvast je boek, schrift, rekenmachine en pen

En neem het huiswerk van vandaag voor je.
  • herhalingsopdracht 13 op blz. 93
  •  plusopdracht 13 blz. op 95 en
  • rekenopdracht 8, 9 en 10 blz. 33

De docent loopt dan langs om het huiswerk te controleren
1 / 19
next
Slide 1: Slide
EconomieMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 4

This lesson contains 19 slides, with interactive quiz, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Huiswerk!
Pak alvast je boek, schrift, rekenmachine en pen

En neem het huiswerk van vandaag voor je.
  • herhalingsopdracht 13 op blz. 93
  •  plusopdracht 13 blz. op 95 en
  • rekenopdracht 8, 9 en 10 blz. 33

De docent loopt dan langs om het huiswerk te controleren

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Video

Vraag
  • Wat laat de cirkeldiagram hiernaast zien?
  • Hoe de markt van e-bikes verdeeld is.

Slide 3 - Slide

Marktaandeel

Slide 4 - Slide

§3.3 Hoe sterk sta je op de markt?

Slide 5 - Slide

Lesdoelen
Aan het eind van de les:
  • Je kunt uitleggen wat vraag en aanbod op de markt is.
  • Je kunt het marktaandeel van een bedrijf berekenen.

Slide 6 - Slide

Soorten markten

• Op iedere markt bepalen vraag en aanbod de prijzen (marktwerking)
Concrete markt => vraag en aanbod => op één plek te vinden
Abstracte markt => vraag en aanbod => in een heel gebied te vinden (stad, land)

Slide 7 - Slide

Voorbeeld concrete markt
Aanbod = groente en fruit
Vraag = consumenten

Slide 8 - Slide

Voorbeeld abstracte markt
Aanbod = alle woningen in heel Nederland
Vraag = alle mensen die een woning zoeken

Slide 9 - Slide

Geef een ander voorbeeld van een abstracte markt

Slide 10 - Open question

Spelersmarkt (voetbal)

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

Vraag en aanbod 
Voor een abstracte markt geldt:
Aanbod = Het totale aantal goederen of diensten dat beschikbaar is
Vraag = Het totale aantal goederen of diensten waar behoefte aan is

In een abstracte markt bepalen vraag en aanbod samen de prijs
Voorbeeld:
  • Veel vraag, gelijk aanbod => hoge prijs
  • Veel aanbod, gelijke vraag => lage prijs
  • Omgekeerd => de prijs heeft ook invloed op de vraag en het aanbod

Slide 13 - Slide

Marktaandeel
  • De vraag is in een markt is verdeeld over verschillende aanbieders
  • 1 deel van een aanbieder noemt men een marktaandeel
  • 1 aanbieder 100% is niet goed, omdat ...?
  • Monopolist bepaalt zijn eigen prijs, want hij is toch alleen
  • In een markt met meer aanbieders => hebben we net geleerd 😊

Slide 14 - Slide

Marktaandeel berekenen
  • In 2020 zijn in totaal 547.000 elektrische fietsen (e-bikes) verkocht. 
  • De afzet van het merk Stella was 65.640 e-bikes.

  • Vraag: Bereken het marktaandeel van Stella.

  • Marktaandeel = eigen afzet : totale afzet x 100 
  • 65.640 ÷ 547.000 × 100% = 12%.

Slide 15 - Slide

Samen oefenen (1)
Marktaandeel = eigen afzet ÷ totale afzet × 100%


De afzet van Apple is 3 miljoen Smartphones per jaar. In totaal worden er wereldwijd 12 miljoen smartphones per jaar verkocht.

  • Bereken het marktaandeel van Apple.

  • 3.000.000 : 12.000.000 x 100 = 25%
  • 3 : 12 x 100 = 25%

Slide 16 - Slide

Samen oefenen (2)
De vuurwerkkoning verkoopt 25.000 kg vuurwerk. In totaal wordt er 500.000 kg vuurwerk verkocht. 

Bereken het marktaandeel van de vuurwerkkoning.

  • 25.000 : 500.000 x 100 = 5%
  • Het marktaandeel van de vuurwerk koning = 5% van de hele vuurwerkmarkt.

Slide 17 - Slide

Opdracht
Wat: maak opdracht 2 t/m 5  op blz. 86
Hoe: lees de leer tekst als je moeite hebt met een vraag!
Tijd: 15 minuten (stiltemoment) 
Resultaat: Samen bespreken
Klaar: Begin alvast met het huiswerk:
Herhalingsopdracht 14, 15 en 16 op blz. 93
en plusopdracht 14 en 15 op blz. 95


timer
15:00

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Slide