Voorbereiding debatteren

• Burgerschap
• MBO
• Studiejaar 1

Debatteren

SLB 1-3
Lesweek 7

Waar zijn we? 

Opdracht 9 Voorbereiden debatteren

Opdracht 10 Rechten en plichten vervalt!

Opdracht 11 wordt 10: Nawoord 
Uitleg volgende week.

Lesdoelen

• Je kent het verschil tussen debatteren en discussiëren​
  
  
• Je leert je standpunt te verwoorden met een zogenaamd AUB-tje:​ argument – uitleg – voorbeeld. ​
  
  
• Je kent de debatvorm: Freeze en Go
  
  
• Je kiest met je eigen politieke partij drie stellingen (per persoon één).​​
  
  
• Huiswerk: stellingen uitwerken volgens AUB-tje
  Volgende les:​ debatteren

Wat is debatteren
anders dan discussiëren? ​

• Een wedstrijd​
• Een stelling
• Verdedigen of aanvallen stelling
  
  
• Je wint met overtuigende argumenten en een goede presentatie​
  

Vraag aan de klas wie er weleens aan een debat heeft meegedaan op school of in een wedstrijd. Dus een debat met een stelling en spelregels en een winnar

AUB-tje

1. Bepaal je standpunt
2. Argument geven​
   Eerst zeg je wat het argument is.​
3. Uitleggen​
   Dan leg je het argument uit
4. Bijvoorbeeld ​
   Vervolgens geef je een voorbeeld ... ​

​

Je kunt dit onthouden met het ezelsbruggetje AUB

Voorbeeld: 

Stelling: Herkansingen mogen niet in de toetsweek gepland worden. 

1. Standpunt: ​Ik ben het eens met deze stelling:​  school moet geen herkansingen in de toetsweek plannen. 
   
   
2. Argument:  Met herkansingen in de toetsweek  heb je geen eerlijke tweede kans. 
   
   
3. Uitleg:  In de toetsweek moet je ook leren voor de gewone toetsen. Dan heb je te weinig tijd om te leren voor herkansingen en daardoor heb je niet echt een tweede kans om een voldoende te halen. 
   
   
4. Bijvoorbeeld: ​ Kyra heeft een onvoldoende voor Nederlands en Commerciële Calculaties gehaald, omdat zij het moeilijke vakken vindt. Nu moet zij in de toetsweek de nieuwe toetsstof leren voor de gewone toetsen en daar bovenop de stof voor de herkansingen ophalen. Daar heeft zij onvoldoende tijd voor, ze haalt opnieuw een onvoldoende. Nu heeft zij geen kans meer.    
   
   

Maak zelf een AUB-tje
Stelling: Iedereen moet dit jaar overgaan naar het tweede leerjaar vanwege de corona-beperkingen.
1. Bepaal je standpunt
2. Geef een argument
3. Geef een uitleg van het argument
4. Geef een voorbeeld

Allerlei vormen van debat
Hoe gaan wij het doen?

Er zijn allerlei vormen van debat. 

Dat hebben we ook gezien tijdens de verkiezingen. NOS deed het weer anders dan RTL bijvoorbeeld. 

Meerdere tegelijk in debat, twee tegenover elkaar etc. 

Wij gaan doen: Freeze en Go

1. Opzet (2 minuten)
   Voorstanders (1 min.): waarom vóór de stelling
   Tegenstanders (1 min.) : waarom tegen de stelling 
   
   
2. Reactie: (4 minuten):
   Voor en tegenstanders met elkaar in discussie (nieuwe argumenten, vragen aan elkaar, mogen argumenten van de ander weerleggen. Wie wat wil zeggen, moet gaan staan. De debatleider kiest wie hij het woord geeft. 
   
   
3. Freeze: (1,5 minuut)
   Debatleider roept "freeze", iedereen stopt met  praten. Debatleider vat kort de discussie samen. Ieder heeft 1,5 minuut de tijd om zich voor te bereiden op het slot.
   
   
4. Conclusie (2 minuten)
   Beide teams krijgen 1 minuut de tijd om te vertellen waarom zij gewonnen hebben. De klas beslist wie er gewonnen heeft. 

Freeze & Go

Er kunnen twee teams van vijf personen aan meedoen. Deze debatvorm kent vier fasen.

In de opzetfase spreekt één persoon namens elk team. De voorstanders beginnen. In maximaal 1 minuut mogen zij uitleggen waarom ze voor de stelling zijn en wat hun argumenten zijn. Vervolgens hebben de tegenstanders ook één minuut om de stelling aan te vallen.

Vervolgens vind de reactiefase plaats. Dit duurt vier minuten. Tijdens deze fase gaan de teams met elkaar in discussie volgens de regels van het Lagerhuisdebat. Wie wat wil zeggen, moet gaan staan. De debatleider kiest wie hij het woord geeft. Debaters hebben de kans om nieuwe argumenten in te brengen, vragen aan elkaar te stellen en argumenten te weerleggen.

Hierna komt de freeze-fase. Na de reacties roept de debatleider freeze! Iedereen moet dan stoppen met praten. De debatleider geeft dan in slechts een halve minuut een samenvatting van het debat. De debaters krijgen daarna de kans om zich voor te bereiden op de conclusiefase. Hier hebben ze anderhalve minuut de tijd voor.

De conclusiefase is de slotfase van het debat. Beide teams mogen weer volgens de regels van het Lagerhuis vertellen waarom zij het debat hebben gewonnen.

Hoe ziet de les er dan uit?

• De les duurt 60 minuten! Let goed op in je rooster!
• We voeren drie keer een Freeze en Go debat. 
• 
  Dan gaan we nu de 3 stellingen kiezen!

De les kan verschoven zijn! Let goed op welke dag je het hebt. 

De stellingen
waar we er drie uit gaan kiezen! 

1. De avondklok moet stoppen. ​
   
2. Mensen moeten altijd zelf kunnen kiezen of ze een mondkapje dragen.​
   
3. Klassen moeten uit maximaal 15 leerlingen bestaan.​
   
4. Leerlingen op de middelbare school moeten pas na de tweede klas een definitief schooladvies krijgen. ​
   
5. Nederland moet uit de Europese Unie stappen. ​
   
6. De leeftijd waarop je kan stemmen moet bij alle verkiezingen omlaag van 18 naar 16 jaar. ​
   
7. Er moet een extra belasting komen op het kopen van vlees.​
8. Nederland moet een extra vliegtax invoeren op landen die gemakkelijk met auto/bus/trein te bereiken zijn. 
9. Mensen die veel geld verdienen moeten meer belasting betalen dan ze nu doen. ​
10. Zowel de teelt als de verkoop van softdrugs door coffeeshops moet legaal worden.

Kies één stelling!
Het worden de 3 meest gekozen stellingen!

​ De avondklok moet stoppen.

Mensen moeten altijd zelf kunnen kiezen of ze een mondkapje dragen.

Klassen moeten uit maximaal 15 leerlingen bestaan.​

Nederland moet uit de Europese Unie stappen.

Middelbare schoool leerlingen moeten pas na de 2e klas een definitief schooladvies krijgen. ​

De leeftijd waarop je kan stemmen moet bij alle verkiezingen omlaag van 18 naar 16 jaar. ​

Er moet een extra belasting komen op het kopen van vlees.​

Nederland moet een extra vliegtax invoeren op landen die gemakkelijk met auto/bus/trein te bereiken zijn.

Mensen die veel geld verdienen moeten meer belasting betalen dan ze nu doen. ​

Zowel de teelt als de verkoop van softdrugs door coffeeshops moet legaal worden.

Neem hier even de tijd voor. 

Iedereen kiest één stelling.
De drie meest gekozen stellingen gaan door. 

Opdracht 9

• Via de mail ontvang je de drie stellingen van jouw klas. 
• Bepaal nu met je politieke partij welke stelling jij voorbereid. 
• Bedenk 3 argumenten voor én 3 argumenten tegen. 
• Werk deze alles 6 uit met een AUB-tje
• Neem je voorbereiding mee naar de les volgende week!
• Zorg dat je alle drie stellingen kent! Dus werk goed samen.
• In de les hoor je welke stelling jullie gaan doen en of je voor of tegen bent. 

Succes met de voorbereidingen!

En vergeet ze niet mee te nemen. 

Kom je onvoorbereid in de les, dan kun je niet meedoen, helaas. En haal je een onvoldoende voor dit onderdeel.