Proefwerkweek 2 VWO

wat zijn alle vormen van devoir in présent?
1 / 38
next
Slide 1: Open question
FransWOStudiejaar 5

This lesson contains 38 slides, with interactive quizzes.

Items in this lesson

wat zijn alle vormen van devoir in présent?

Slide 1 - Open question

wat zijn alle vormen van atteindre in présent?

Slide 2 - Open question

wat zijn alle vormen van suivre in présent?

Slide 3 - Open question

wat zijn vormen van valoir voor "il" in présent, passé composé, imparfait, futur simple, conditionnel.

Slide 4 - Open question

wat zijn alle vormen van craindre in présent?

Slide 5 - Open question

wat zijn alle vormen van résoudre in présent?

Slide 6 - Open question

wat zijn alle vormen van lire in présent?

Slide 7 - Open question

Wat is passé composé, imparfait, futur simple, conditionnel van devoir voor je

Slide 8 - Open question

Wat is passé composé, imparfait, futur simple, conditionnel van atteindre voor je

Slide 9 - Open question

Wat is passé composé, imparfait, futur simple, conditionnel van prendre voor je

Slide 10 - Open question

Wat is passé composé, imparfait, futur simple, conditionnel van suivre voor je

Slide 11 - Open question

Wat is passé composé, imparfait, futur simple, conditionnel van craindre voor je

Slide 12 - Open question

Wat is passé composé, imparfait, futur simple, conditionnel van résoudre voor je

Slide 13 - Open question

Wat is passé composé, imparfait, futur simple, conditionnel van lire voor je

Slide 14 - Open question

Wat gebruik je in de hoofdzin als na "si" er imparfait is

Slide 15 - Open question

Wat gebruik je in de hoofdzin als na "si" er présent is

Slide 16 - Open question

Hoe maak je de gérondif

Slide 17 - Open question

Welke extra letters krijgen stammen van werkwoorden die op "ir" eindogen

Slide 18 - Open question

wat zijn de vormen van être, avoir, savoir in de gérondif

Slide 19 - Open question

Wat is de mannelijke vorm van delend lidwoord

Slide 20 - Open question

Wat is de vrouwelijke vorm van delend lidwoord

Slide 21 - Open question

Wat is de meervoud vorm van delend lidwoord

Slide 22 - Open question

Wat is de vorm van delend lidwoord voor klinker of stomme "h"

Slide 23 - Open question

Welk lidwoord zet je ALTIJD na werkwoorden aimer, préférer, détester, adorer, supporter, haïr

Slide 24 - Open question

Welk lidwoord zet je in de ontkennende zinnen en na hoeveelheid.

Slide 25 - Open question

Wat is de eerste stap van het maken van la voix passive

Slide 26 - Open question

Wat is de tweede stap van het maken van la voix passive

Slide 27 - Open question

Wat is de derde stap van het maken van la voix passive

Slide 28 - Open question

Wat moet je aan een voltooid deelwoord in passive toevoegen als het onderwerp vrouwelijk is

Slide 29 - Open question

Wat moet je aan een voltooid deelwoord in passive toevoegen als het onderwerp in meervoud is

Slide 30 - Open question

Doe eerste stap: J'ai fait les devoirs.

Slide 31 - Open question

Doe tweede stap: J'ai fait les devoirs

Slide 32 - Open question

Doe derde stap: J'ai fait les devoirs

Slide 33 - Open question

Bepaal of vogende zin actieve (A) of passieve (P) is: Nous sommes revenus à la maison

Slide 34 - Open question

Bepaal of vogende zin actieve (A) of passieve (P) is: Elle est partie à l'école.

Slide 35 - Open question

Bepaal of vogende zin actieve (A) of passieve (P) is: Je fais le menage dans ma chambre

Slide 36 - Open question

Bepaal of vogende zin actieve (A) of passieve (P) is: La maison a été coustruite en 1987.

Slide 37 - Open question

Bepaal of vogende zin actieve (A) of passieve (P) is: Son visite était inattendue.

Slide 38 - Open question